de Maas af. Doorniksche steen, die er veel op lijkt, de Schelde af. Zoo heeft daardoor reeds elke streek zijn eigen natuursteensoorten. Deze nu erbij te krijgen? De witte blokjes in de roode baksteenen kerktorens is in den regel Leede-steen, een materiaal dat nagenoeg niet meer verkrijgbaar is. Van andere steensoorten worden de groeven niet meer ontgonnen en is dus die -steen alleen sporadisch uit afbraak verkrijgbaar. Ook in de natuursteen speelt de industrie een rol. Dat moet men gaan zien in Soigny waar de natuurlijke bodem van blauwgrijze hardsteen tot plakken gezaagd wordt. Dat men van zoodanig verworven materiaal' heel wat anders verkrijgt dan van in de berg gekloofde steen, ligt voor de hand. Door de machinale steenbewerking is het steenhouwersambacht zoodanig veranderd, dat de oude werkwijzen verloren gegaan zijn en men menigmaal de best bedoelde teleurstellingen in de uitvoering verkrijgt. Hout voor herstelling van oude moerbinten of kapconstructiën is er niet. Er wordt in heel Nederland geen enkele eikenboom meer geveld geschikt om 'er een moerbint of een trekbint in een kerkkap naar oud model van te maken; kinderbalkjes, met de bijl gekloofd en behakt, zijn slechts te koop bij den handelaar in afbraak. Spreidsel, het dunne eiken plafondhout op de kinderbalkjes, bestaat niet meer, dus rest de koop uit afbraak. Zwaar kozijnhout - is geen koopwaar meer, moet speciaal gezaagd worden en is dan zoo nat dat het niet bruikbaar is. Echt kozijnhout behoort een reeks van jaren in de houtloods gelegen te hebben. Blijft niet veel anders over dan oud balkhout uit afbraak. Vloerhout is alleen in smalle deeltjes te koop. Vloeren van breede delen zooals de oude huizen hebben kunnen niet meer vervaardigd worden omdat het materiaal niet te koop is en oude vloerdelen uit afbraak versleten zijn. Nu kan men wel zeggen dat zulke onderdeden onbelangrijk zijn en aesthetisch van geen waarde, doch een vloer van smalle nieuwe plankjes ziet er nu eenmaal heel anders uit dan een oude vloer en vormt een belangrijk onderdeel van het interieur van een vertrek. Tegelwanden die gehavend zijn kan men alleen bijwerken met echte oude tegeltjes, want elk ander materiaal steekt erbij af, ook de tegeltjes van de enkele fabriek die nog de oude formaten maakt, dus ook hier is men aangewezen op afbraak die nagenoeg niet verkrijgbaar is. Gesmeed ijzer ziet er zoo onschuldig" uit, doch ook hier dezelfde moeilijkheid. Een oude ijzeren staaf is met de hand gesmeed uit een amorph stuk ijzer en is daarom van gansch ander aanzien dan een modern stuk getrokken ijzer. Goede vuurwerkers zijn er vooral op de dorpen nog wel, doch het zal wel zoo lang niet meer duren dat ook hier het autogeen laschapparaat de baas wordt, want bij den dorpshoefsmid komen de hoefijzers reeds fabriekmatig gestampt aan. Het loodgietersvak is geheel weg. Een echte loodgieter modelleerde en goot in lood de leuke dakbeëindigingen, hing 'zijn eigengemaakte loodgietersmerken aan zijn werkstukken op het dak. Het metaal is door de geperfectioneerde industrie zoo best geworden, zoo chemisch zuiver, dat het in de lucht zwart wordt, terwijl het fraaie 'oude gestreken lood, dat zilverhoudend was, witgrijs oxydeert. Met afbraak werken gaat hier niet omdat oud lood niet te koop is, dat gaaf linea recta naar de gieterij en pletterij. Derhalve kan goed loodgietèrswerk niet meer gemaakt worden. Het stiucadoorsvak is nog erger verdwenen. Ieder kent de fraaie stucwerken in onze Lodewijkstijl-huizen in kamers en trappenhuizen aan wanden en plafonds. Er Woont in heel Nederland geen enkele echte stucadoor meer die zooiets maken kan. Glas is eveneens een moeilijk materiaal. Oude vensters hebben glas-in-lood, moderne

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1930 | | pagina 6