1 I Een nieuwe burcht verrees in de jaren 1360/1368. Een oud handschrift hieromtrent verhaalt ons: „Dye nueuwe stercke huysinge tot Herhoensbroeck is gemackt od gebout geweest omtrynt ynt Jaer 1360 durch Heren HERMAN HOEN, Rydder ende vrauwe CECILIA VAN BORRE. Heren ende vrauwe tot Herhoensbroeck Vysscherweert Spaubeek enz." „FAHNE", in zijn Kölnische Jülichsche und Bergische Geschlechter, spreekt van 1368. Dit verschil, wanneer men wil aannemen dat de bouw in 1360 is aangevangen en dat de burcht in 1368 gereed was, is zeer goed in overeenstemming te brengen met de overlevering volgens welke men 8 jaren alléén aan den ronden toren arbeidde. De in het metselwerk uitgeprente ringen ontstonden waarschijnlijk doordat des winters bij het invallen van de vorst, het werk voor langeren tijd geen voortgang kon hebben. Van deze burcht is alléén de genoemde ronde toren nog aanwezig Het tegenwoordige kasteel in renaissancestijl opgebouwd, heeft den vorm van een langwerpig vierkant met op de hoeken vier uitspringende torens. Het is opgetrokken in rooden baksteen door natuursteenen banden en raam- omlijstingen afgewisseld waardoor een zeer pittig kleureffect is verkregen. De ronde toren op den westhoek is, wat trouwens bij beschouwing onmiddellijk in het oog springt, van veel ouderen datum dan de overige gebouwen. Zijn muurwerk, waarvan de fundamenten diep in den bodem zijn ingebouwd, is opgetrokken van groote tichelsteenen en heeft een dikte van meer dan 3 Meter; de middellijn is ongeveer 10 Meter, terwijl de hoogte, het dakwerk inbegrepen, 50 Meter bedraagt. In dezen toren treft men de cachotten aan, waarin de in het rechtsgebied van Hoensbroeck veroordeelde misdadigers de hun opgelegde straffen moesten ondergaan, De allerergste van deze cellen is wel die in het onderste gewelf gelegen is; een donker hok waarin men door een nauwe pijpgang over steile trappen moet binnenkruipen. In deze cel ligt nog behalve een hoop oude gevangenis-utensiliën, als kettingen, kluisters enz. een dikke eiken balk waaraan de gevangenen gekluisterd lagen. Deze balk, het eenige aanwezige meubelstuk, diende hun tegelijk tot stoel, tafel en bed. Een uit bandijzer samengesteld harnas, waarop in groote letters was aangebracht: „Ein jeder wacht sich voor het Harnas van Schaesberg 1743", eertijds mede in deze cel aanwezig, is verdwenen, doch wordt, opgespoord. I HET KASTEEL VAN HOENSBROEK GEZIEN UIT HET ZUID-WESTEN

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1930 | | pagina 8