verkeersweg, zal die ook gesloopt worden voor huizenbouw? Vele honderden boomen zouden dan moeten vallen. Maar wat geeft dat? Er is immers nog zooveel En ziet, nauwelijks is de Sterrenberg voor bouwconsumptie gereed, of de eerste geruchten over bedreiging van Warnsborn en Vijverberg bereiken ons. Nu dit weer! De tijding van het nieuwe „geval", dat ons tot bespreking dwingt, treft ons als een donderslag aan helderen(!) hemel, want het geldt hier niet een stuk grond van beperkten omvang, maar een groote uitgestrektheid boschland, welks afmetingen zelfs velen Arnhemmers onbekend zullen zijn. Zeker bracht een tweede bericht in zooverre eenige geruststelling, dat het de alarmeerende geruchten over totale ontbossching kon tegen spreken, maar toch blijft er groote reden tot bezorgdheid. De landgoederen Warnsborn en Vijverbergvroeger 700 H.A. groot, nu nog een oppervlakte van 330 H.A. beslaande, gingen drie jaar geleden in andere handen over. De tegenwoordige eigenaar, iemand uit Zeist, bewoont huize Warnsborn zelf niet en onderhandelt nu met heeren uit Boxtel over verkoop. Moeten wij haast niet gelooven, dat bij deze handeling geen andere reden geldt dan de bekende, die bij gewone terreinverkaveling voorzit Nu verzekerde genoemd tweede bericht wel, dat eventueele verkoop der goederen met kans op totale ontbossching wegens niet toelaatbare waardevermindering uitgesloten is (van geen ander dan dit commerciëele gezichtspunt gewaagde 't bericht), maar verderop wordt toch van mogelijke verkaveling gesproken. En in de omgeving van dit geliefde woord kan ook de natuurschoon bedreigende aap weer veilig uit de mouw komen, want: „de waarschijnlijkheid is groot, dat een gedeelte der terreinen bestemd zal worden voorvillabouwmet groote tuinen", staat er troostend bij. Uit dit laatste spreekt de berekening van een wel héél ver vooruitziend en van stadsuitbreiding al maar droomend brein, want de terreinen, waarvan hier sprake is, zijn op grooten afstand van de stad gelegen. Heeft de grond z'n waarde behouden, of zou die bij verkoop winst opleveren? Dit schijnen op 't oogenblik ook de vragen te zijn, die het lot van Warnsborn en Vijverberg beheerschen. Doordat de terreinen voor wandeling niet toegankelijk waren, een gedeelte alleen voor houders van kaarten, meen ik, kende ik er de nauwkeurige begrenzing niet van en van het land zelf maar een klein stukje. Zoo moest het gebeuren dat, ter wille van een beschrijving in „Heemschut", voor mij, Arnhemmer van geboorte en vermeend kenner van al wat mooi is in de omgeving der stad, het bezoek aan dit land een ontdekkingstocht was en een openbaring werdMet niet goed te beschrijven gevoelens, waarin eenige schaamte, meer spijt en ook blijde verwondering over wat toch nog altijd is, dooreen gemengd zijn, maak ik mijn tocht en dring Warnsborn binnen, na het eerste bordje met „Verboden toegang" gebraveerd te hebben en daal af in het meer bekende dal, waar een heele serie tamme kastanjes met haar zwaar loof donkerte scheppen. Aan 't eind van een stillen toegangsweg ligt het wit geverfde, deftige huis Warnsborn. Ik stijg weer, neem een paadje, dat ik nooit eerder betreden had en nu gaat het verder van de eene verrassing in de andere. Er is een weelde van dicht op elkaar groeiend klein en groot geboomte dennen, beuken, eiken die ik nooit aanschouwd had. Het oog gaat over een zee van op de helling deinend groen van eikenhakhout, waarboven verderop de masten der beuken van een onbekende laan uitsteken. Geen plaats is onbegroeid of leeg: de natuur heeft zich hier ongestoord uitgedijd. Verrast word ik opnieuw door bosch, waarvan ik de diepte nooit eerder gepeild had. Hier is op met gras begroeiden grond, een heele verzameling eiken, die

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1929 | | pagina 6