MAANDBLAD VAN DEN BOND HEEMSCHUT
SECRETARIAAT: SINGEL 119, AMSTERDAM. - - TELEFOON 46586
6DE JAARGANG JUNI 1929 No. 6
WAT HEEMSCHUT'S AANDACHT HAD.
In de Algemeene Vergadering welke in April gehouden werd, werd besloten den
Oud-Minister Dr. J. Th. DE VISSER het Eere-Voorzitterschap van den Bond
Heemschut aan te bieden. Geadresseerd aan den Secretaris mocht het Bestuur den
volgenden brief ontvangen.
„In antwoord op Uw geëerd schrijven van 7 Mei j.1., waarbij U mij namens
de Algemeene Vergadering van „Heemschut", het eere-voorzitterschap dezer Ver-
eeniging aanbiedt, heb ik de eer U mede te deelen dat ik gaarne dit aanbod aanvaard.
Ik word daartoe gedrongen eenerzijds door mijne belangstelling in Uw mooie werk,
anderzijds door mijne sympathie voor hen, die zoo krachtig dit werk leiden.
Moge het U allen gegeven zijn op ruime schaal te voorkomen, dat Neerland's
schoonheid wordt aangetast.
Met beleefden groet en dank voor het in mij gestelde vertrouwen noem ik mij gaarne
Met de meeste Hoogachting,
UEd. Dw. Dienaar
w.g. J. Th. de Visser."
Gooilust te 's Graveland bracht heel wat pennen in beroering, ook die van
Heemschut, hetgeen veroorzaakte dat er een adres ging naar H. M. de Koningin,
Beschermvrouwe van den Bond Heemschut, verzoekende het besluit van Burgemeester
en Wethouders van 's Graveland, waarbij bouwvergunning werd verleend voor het
maken van een kininefabriek in zulk een prachtig landschap, te vernietigen en zulks
op het feit dat het behoud der schoonheid in de omgeving der 's Gravelandsche
buitenplaatsen algemeen belang is en dat het geven van bouwvergunning voor fabrieken
niet behoort te gebeuren zonder een uitbreidingsplan waarop is vastgesteld wat wèl
en wat geen industrieterrein is.
Aan de orde is electrische kabels over de Veluwe. „Die Verdrahtung der Land
schaft" bedreigt Nederland. Aan dit vraagstuk is meer verbonden dan het verzoek de
kabels onder den grond te stoppen want er komen technische bezwaren bij te pas:
men kan een kabel van elk voltage niet zoo maar in den grond leggen.