Neen, wij twijfelen geen oogenblik a^n:d^ groot^ beteekenis van wat wij voor
ons volk trachten te behoudenschoonheid van natuur en kust, noch van wat wij in
ons volk trachten te versterkende overtuiging dat zij die schoonheid in hun leven
behoeven als_.geestelijke verheffing en veredeling1 van gemoed.
In deze'verzekerdheid open ik onze vergadering.
JAARVERsSLAG
Wederom is mij de taak opgedragen U, leden, donateurs en correspondenten van
den Bond Heemschut het verslag uit te brengen over de werkzaamheden
welke onze Vereeniging over het jaar 1928 verrichtte. Zien wij op dit jaar terug dan
is dit werkelijk niet het minst-vruchtdragende geweest. Dit zoo beschouwd dat er niet
zooveel meer hoogst belangrijke vraagstukken naar voren kwamen dan in andere jaren
doch dat de hoeveelheid der kleinere vraagstukken sterk toenam. Dit verschijnsel is
hieraan toe te schrijven, dat voor verschillende! der vele doeleinden waarvoor de Bond
Heemschut zoovele jaren geleden werd gesticht, speciale Vereenigingen en Commissiën
zijn ontstaan, die uiteraard alleen de hoogst bélangrijke vraagstukken ter hand nemen.
Wij noemen als voorbeelden de Vereeniging de Hollandsche Molen, die zich speciaal
is gaan toeleggen opj jiet behoud van molens, de Ver. Hendrick de Keyser, die zich
speciaal tot doel gesteld heeft oude huizen ter {wille van hun fraaie gevels te behouden
en de Provinciale Adviesbureaux die zich ieder in hun district beijveren de plattelands
bouwkunst te verbeteren Door de totstandkoming van deze Vereenigingen en Commissiën
is het werk van Heemschut allerminst overbodig geworden, integendeel veelal bearbeiden
deze specialiteiten het veld, dat lange jaren geleden door Heemschut is ontgonnen en
blijft er daardoor voor Heemschut de gelegenheid open nieuwe onderwerpen aan te
snijden, zich te bewegen op het nieuwe gebied waarop nog niemand bezig is. Bovendien
zijn er nog heele districten in Nederland waarmede eigenlijk zich nog niemand met het
behoud der schoonheid bemoeit.
Gaan wij thans over tot de mededeelingen van het belangrijkste gebeuren.
Bestuur. Ten vorige jare gaf de Voorzitter te kennen van zijn functie ontheven
te willen worden om zich geheel aan zijn ambt te kunnen wijden. Tot de keuze van
een nieuwen Voorzitter kwam het nog niet. Deze Algemeene Vergadering zal ten
deze een besluit moeten nemen. Door verkiezing in de vorige Algemeene Vergadering
werd het Bestuur uitgebreid met de heeren Mr. D. CRENA DE JONGH te Amsterdam,
W. GRAADT VAN ROGGEN te Utrecht en J. P. STRIjBOS te Bentveld.
Leden. Het aantal gewone leden, dat zijn de Vereenigingen, wijzigde uiteraard
weinig en bedraagt thans 41 Vereenigingen grootendeels in Nederland. Dat dit aantal
leden weinig wijzigt, vindt zijn oorzaak hierin dat vrijwel alle Vereenigingen wier
arbeidsveld iets te maken heeft met het werk van den Bond Heemschut reeds aan
gesloten zijn, dat er slechts weinig plaatselijke Vereenigingen meer bij komen en slechts
weinigen verdwijnen. Het aantal der buitengewone leden, dat zijn de personen die lid
zijn van den Bond Heemschut en veelal zichzelf aanmelden, groeide van 243 tot 253.
De donateurs zijn grootendeels Gemeentebesturenhun aantal nam toe van 28 tot 33.
Hu '1
VAN DEN BOND HEEMSCHUT OVER 1928 UITGEBRACHT IN DE ALGEMEENE
VERGADERING VAN DEN 20 APRIL 1929, GEHOUDEN IN HET
STEDELIJK MUSEUM TJE AMSTERDAM.
2
I
