VlNGBOONS' leerboek was. Dus weer 'n stap verder. Wie wat wil begrijpen van de
bouwkunst van een Meester moet zijn leerboeken kennen. Het hoofdgestel van die
Toskaansche pilasters was deerlijk gehavend. Het fries was aanwezig, doch de lijst
was weg. Die hebben we erbij gemaakt, afgekeken uit 't aloude Ordeboek. De eerste
en tweede étage zijn tezamen gevat in een „kolossaalorde", dat was eens eris een
uitvinding van PALLADIO en vond door gansch Europa toepassing. De kolossaalorde
is hier Ionisch, dat is met de krullen aan de kapiteelen. Halverweeg zijn guirlandes,
opgeknoopte doeken met vruchten en daartusschen de jaarsteen. De klassieke tijd huldigt
de klassieke taal en Latijnsche getallen schrijft men in latijnsche letters en daarom
staat de geboortedatum in wat onze tijd noemt Romeinsche cijfers: A° CIDIDCXLII,
voor wie de taal der steenen niet verstaat, in 't jaar 1642 en leuke krulletjes erboven
en eronder. Van die ornamentatie is eerst alle verf en andere vuiligheid afgehaald en
toen de cijfers verguld, echt goud zit erop doch, getroost, niet dik, 100 velletjes
torengoud zijn nog geep millimeter dik; dat heet torengoud verwegens PETRUS'
torenhaan die er mede verguld pleegt te worden. Die Ionische orde, langgerekt en
hoog, heeft ook een hoog hoofdgestel en dat heeft VlNGBOONS aardig bedacht. De
architraaf is van zandsteen, het fries van baksteen en de kroonlijst weder van zandsteen.
De zoldervensters waren origineel aanwezig, immers een echt Amsterdamsch
koopmanshuis heeft een flinken zolder noodig voor koopwaar en zulk een zolder
behoeft niet veel licht. Luik dicht en donker öf licht, maar dan 't gat open. Onze
tijd vindt zooiets weer erg tochtig: alleen er aan te denken doet de kraag al opzetten.
Naast en boven die luiken zijn de echt-goed-Amsterdamsche klauwstukken die den
tuitgevel flankeeren. Die klauwstukken hebben weer krullen en vruchtentrossen, De
pilasters hebben Dorische kapiteeltjes, niet Ionisch zooals de afbeelding uit VlNGBOONS'
boek aangeeft. Ge ziet, zoo'n oude prent is niet altijd heelemaal houvast! Uitkijken is
de boodschap. Papieren gegevens zijn prachtig doch de taal der steenen is duidelijker.
Op die pilasters is weder een architraaf van zandsteen, een fries van baksteen en dan
een heel eenvoudig fronton, naar de regelen der kunst, en volgens 't ordeboek
„geordonneerd". Slechts een vrijigheidje permitteerde VlNGBOONS zich; hij mikte in
dat fries een tableau; waarvoor? we weten 't niet. Op de oude prent ziet men in den
top een oeil-de-boeuf. Of dat wel ooit gemaakt is? Nu is er rond het gat van den
hijschbalk een heraldiek ornament met 'n helmhoed. Op het plankje dat nu glad en
vlak is en dat de Fransche tijd vrijheid, gelijkheid, broederschap doch vooral
gelijkheid zoo glad gemaakt zal hebben, op dat plankje zal het wapen der SWELINGS
geprijkt hebben. Want PlETER JANSZ SWELING was 't die het huis deed bouwen.
Niet één doch twee huizen. Ze staan er nog beide, de rechter geheel compleet
origineelbehalve de gevel. Die echte gevel werd nog niet zoo heel lang geleden
afgebroken en door een namaak Renaissancegevel vervangen. Die meneer had liever
een valsch bankbiljet dan 'n echte zilverbonover smaak valt te twisten
De vensters was 'n moeilijk ding. De achttiend'eeuwsche schuiframen waren niet
leelijk, wel practisch en de deur had 'n prachtig snijraam zoo geheeten naar 't
snijwerk dat daarin in den regel is. De prept van VlNGBOONS gaf kruisvensters aan
met glas-in-lood en met luiken en een steenen. buitentoegang. Hoekte handelen? Maar
weer repeteeren van die zilverbon en toen bleven -ze. Wie wil nu nog zitten achter
een dikken houten middenstijl, nietwaar? Het spijraam heeft er nog wat krullen
bijgekregen van verguld ijzer en een buitenlantaarn en toen was ook deze patiënt
weer behandeld.
Doch ook inwendig is er fraai werk gedaan. De voorkamer met een Louis XV-