NIEUWEBRUGSTEEG 13 EN ST. OLOFSTEEG 2 TE AMSTERDAM.
ot de eerste perceelen welke de Vereeniging „Hendrick de Keyser" te Amsterdam
kocht behooren de twee bovengenoemden. Zij werden verworven in 1918. Het
ging voornamelijk om den gevel, welke eerstgenoemd pand siert, het tweede moest er
evenwel bij worden genomen. Beziet men beide gevels, dan valt dit gemakkelijk in te
zien; het hoekhuis met zijn zeer goed bewaarden trapgevel heeft aantrekkelijkheden,
die het veel eenvoudigere andere pand niet bezit. Toch heeft diens gevel ook zijn
waarde, ook zijn eenvoudige maar goede vormen hebben iets te demonstreeren. Sedert
een reeks van jaren waren beide panden in één hand, hun geschiedenis is daardoor
samengeweven en uit dit oogpunt bezien is het maar gelukkig, de St. Olofspoort 2
wat men noemt „op den koop toe" moest worden genomen.
Wij hebben getracht de geschiedenis van deze huizen samen te stellen. Voornamelijk
moest daartoe worden geput uit de grondpapieren die gelukkig tot respectabelen
ouderdom terug gaan, terwijl ook aan het Gemeentelijk archief nog enkele bijzonder
heden konden worden gevonden.
Heel belangrijk is intusschen die geschiedenis niet. Want belangrijk kan deze
alleen zijn wanneer binnen hun muren dingen van groote beteekenis gebeurden of er
voorzaten woonden van wie groote daden zijn uitgegaan. Noch het een, noch het
ander valt van deze huisjes te zeggen. .Althans is het ons nergens gebleken. Het waren
blijkbaar steeds gewone burgers die er hun leven sleten, menschen wier leven en
handelingen geen stof voor de historie hebben geleverd.
Historisch is intusschen wél de plaats, waar onze huizen staan. Want het is hier,
waar naar de oudste herinneringen aan onze goede stad terug gaan. De St. Olofspoort
is ongeveer de Noordelijkste plaats van den uitlooper van het Muiderzand, de eenige
betrouwbare plaats in de moerassige Amstel-delta, waar de allereerste bewoners zich
konden nederzetten.
Het valt te begrijpen, dat in den naam van het smalle steegje ten einde van de
Warmoesstraat de herinnering voortleeft aan een werkelijke poort. Inderdaad is deze
er geweest. De alleroudste en ook vrijwel eenige betrouwbare afbeelding van die
poort is te vinden op de kaart van CORN. ANTHONISZ van 1544. Men ziet daar het
kloeke gebouw vanaf den IJ-kant met transen voorzien en met een boogfries versierd,
den indruk makend van een Romaansch bouwwerk. Men weet het jaar van de stichting
van die poort niet, alleen, dat hij er reeds in 1380 was. De oude poort of ,,der stede
Kerckstrate Poirthuus" zooals WAGENAAR in een brief van 1424 schrijft te hebben
gevonden, behoorde tot de alleroudste verdedigingswerken van de stad.
Nieuwebrugsteeg klinkt volstrekt niet oud, maar toch heeft ook dit steegje een
respectabelen leeftijd. Want de naam is afgeleid van de brug die aan haar einde
tusschen 1402 en 1421 over het „Ammerack" werd gelegd (of vernieuwd?). De St. Olofs
poort stond met zijn binnenfront in de rooilijn van de Nieuwebrugsteeg.
In het jaar 1618 besloot de Vroedschap om de poort te sloopen en de vrijkomende
erven publiek te verkoopen, En het zijn de Noordelijkste twee erven, waarop toen
het nog bestaande hoekhuis Nieuwebrugsteeg 13 is gebouwd.
In de „Thesaurie Ordinaris" No. 54, pag. 246, op het Gemeentelijk Archief aan
wezig is te lezen aan wie de verschillende erven werden verkocht en voor welken
prijs. Van de vier erven lagen de nummers een en twee tegen de St. Olofskapel,
terwijl de Nos. drie en vier aan de overzijde van de steeg lagen ter plaatse waar,
als reeds gezegd, thans het hoekhuis van den bakker staat. Wij laten hieronder volgen,