voor de verzorging van het stadsbeeld maar ten deele competent is, namelijk voor
het technische gedeelte van de zaak.
Voor de aesthetische beoordeeling en verzorging van het stadsbeeld is de Dienst
van Bouw- en Woningtoezicht niet het aangewezen lichaam. Dit is geenszins een
veronderstelling onzerzijds, maar hiervoor is het bewijs geleverd door het vergunning
geven voor „ontoelaatbare" bebouwing op de meest waardevolle plekjes van onze
oude binnenstad. Wij moeten dit niet zien als een tekort van genoemden Dienst,
maar als een bevestiging van het feit, dat het uitsluitend een technische dienst is. Het
College van B. en W. van onze Gemeente zal de aesthetische beoordeeling van
nieuwe bouwwerken in onze binnenstad aan een anderen Dienst of eene Commissie
moeten overdragen. Aangezien de Monumentencommissie in het leven is geroepen om
de belangen van Oud-Amersfoort te behartigen, wil het mij voorkomen, dat haar taak
verkeerd is gesteld. Het is niet het belang van onze binnenstad om uitsluitend oude
gevels „op sterk water te zetten" en er omheen maar raak te bouwen. Van veel
grooter belang voor Oud-Amersfoort zijn de nieuwe gebouwen, omdat deze grooter in
aantal zijn dan de enkele overgebleven oude gevels. Zoo is het 't nieuwe, dat ook het
stadsbeeld in Oud-Amersfoort beheerscht. De aesthetische beoordeeling daarvan in de
binnenstad behoort dan ook te geschieden door de Gem. Monumentencommissie, omdat
zij het aangewezen lichaam is om de gaafheid van Oud-Amersfoort te bevorderen.
In het belang van ons stadsschoon hopen wij dat B. en W. onzer Gemeente
spoedig maatregelen zullen nemen, opdat niet alleen de technische belangen der nieuwe
bouwwerken in onze binnenstad goed verzorgd zijn, maar ook de aesthetische belangen
voldoende behartigd worden.
Bloeimaand 1927, te Amersfoort. G. ADRIAANS.
eeft het vraagstuk der verbinding van Amsterdam met het Oosten aan hen die
het wél meenen met ons landschapschoon nog veel zorg (men denke aan het
ongelukkige plan om een weg te leggen dwars door de buitens van 's Graveland),
thans komen even verontrustende berichten binnen omtrent hetgeen in de omgeving
van Zeist dreigt te gebeuren.
De Rijkswaterstaat toch heeft een weg geprojecteerd naast den bestaanden weg
vanaf Villa Nova langs het Slot tot den Driebergschenweg, bij welks totstandkoming
het niet alleen gedaan zal zijn met de> rust van dit voor een groot deel nog landelijk
gedeelte, doch bovendien de doodsklok wordt geluid over de fraaie buitens, welke
den Utrechtschenweg omzoomen en zich uitstrekken tot de Zeister Grift. Immers zal
de geprojecteerde weg deze buitenplaatsen snijden en dus als het ware open stellen
voor exploitatie. In elk geval zal de aardigheid om hun geschonden bezit te behouden
er bij de eigenaren wel af zijn en hetgeen de weg nog aan natuurschoon over laat,
ten doode zijn gedoemd. De vraag "rijst of dit zoo maar mag en of onze volks
vertegenwoordigers het niet op hun weg achten te liggen te waken tegen dergelijke
schending van een der schoonste goederen der natie, het toch al reeds zoo gehavende
natuurschoon onzer „Stichtsche Lustwarande".
DE STICHTSCHE LUSTWARANDE.
