noodig, maar onze loketjes en schotjes zijn wel heel talrijk en houden op menig gebied de ontplooiing der gansche volkskracht tegen. Niet op ons terrein. Rechtsch oflinksch daarbuiten hier vormen allen éénzelfden tfpiddentochtrood of blauw of zwart daarginds onze vlag brengt alle kleuren to,t harmonische samenvloeiing. Of zullen wij het groen verkiezen, de kleur der hoop? Stellig zoudt gij hier niet zijn en niet doen wat gij doet, zoo gij niet de vurige ^hoop koesterdet, dat behoud en redding mogelijk is en geen ijdele waan. Ook ons doet de hoop leven. Moge deze samenkomst er mede van getuigen! Met dezen wensch open ik onze vergadering. J A AR V E R S LAG VAN DEN BOND HEEMSCHUT OVER 1926, UITGEBRACHT IN DE Het is nu alweer de vierde keer dat uw f-Secretaris het Jaarverslag uitbrengt. En terugblikkende is er van deze reeks in 't laatste jaar niet 't minst op ons gebied gebeurd.. Geen wonder! Want terwijl allerwege.de belangstelling in het Heemschutwerk toeneemt, worden veel meer gevallen aangebracht dan vroeger, worden verminkingen en vernielingen van schoonheid voorkomen, waar vroeger niemand van hoorde vóór 't te laat was. We willen daarmede niet zeggen jdat alle schoonheidsschennis voorkomen wordt, allerminst, de voorbeelden zijn voor 't grijpen. Dat zulk een warme belangstelling ontstaat voor het behoud der schoonheid van Nederland, voor het eigendommelijk nationale dat elke streek onderscheidt van eene andere, voor den strijd tot behoud van oude monumenten, fraaie stadsbeelden, natuur- tafreelen, molens, buitenplaatsen en wat al .niet meer, dat allerwege medewerking wordt verkregen in Heemschut's werk is allerminst het werk van Heemschut alleen. Buiten de Vereenigingen die ieder zich op een onderdeel specialiseerend zulk fraai werk verrichten, dient allereerst groote dank gebracht aan den machtigen mede strijdmakker, de pers. Heemschut zendt regelmatig zijn Maandblad aan de groote bladen en ook aan tal van Provinciale bladen en het is verheugend te constateeren met hoeveel belangstelling van ons werk nota genomen wordt. Niet echter dit alleen. Enkele bladen voeren van tijd tot tijd een, zoodanig krachtige campagne voor de Heemschutgedachte, dat zij feitelijk doen waar Heemschut in te kort schoot. Wij achten het plicht speciaal aan de ..Nieuwe Rotterd. Crt." en aan het „Algemeen Handelsblad" Heemschut's dank te brengen^ voor wat zij deden voor de bevordering van Neerland's schoonheidsbesef. Bestuur. Na een excuus voor dezen wellicht in een droog Jaarverslag niet passenden aanhef zij medegedeeld, dat het Bestuur van Heemschut in 1926 enkele wijzigingen onderging. De heer J. R. KONING, Stadstuinarchitect van Amsterdam, kwam in het Dagelijksch Bestuur; Prof. Dn Ir. D. F. SLOTHOUWER werd in het Algemeen Bestuur benoemd als afgevaardigde van den Bond van Nederlandsche Architecten. a.' Leden. Voor de toename van het ledental werd slechts weinig directe moeite gedaan. Hetzij door het Maandblad, hetzij door meerdere bekendheid met Heemschut's arbeid, kwamen er 35 buitengewone leden bij. Dit is een verheugend teeken omdat daartegenover slechts een klein getal van leden-vermindering, n.1. 6, staat, door ALGEMEENE VERGADERING VAN 10 JUNI 1927, GEHOUDEN TE WASSENAAR. f

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1927 | | pagina 5