Thans is het huisje waaraan nog herinneringen zijn verbonden van schokkende
gebeurtenissen tijdens het bekende beleg der stad in 1672, in die mate bouwvallig
geworden, dat het zonder ingrijpen niet lang meer voor bewoning kan worden gebezigd.
Deze omstandigheid gevoegd bij die, dat de bestemming, waarvoor het eens werd
gebouwd, heeft uitgediend, doet het in gevaar verkeeren.
Op het stuk van behoud van oude monumenten of van herinneringen als het
onderhavige gebouwtje kenmerkt de Groninger eene nuchtere en in hare gevolgen
destructief zijnde realiteit. Wat geld kost en geen onmiddellijk nut verschaft, behoort
te verdwijnenAan de hand van dezen beproefden regel is de stad vrijwel al hare
monumenten en historisch belangrijke bouwwerken kwijt geraakt.
Hoewel de in den aanvang genoemde uitgave zich niet tot stadsbeelden als de
bijgeplaatste uitstrekt, wagen wij het haar te gebruiken, om te laten zien, hoe weinig
Groningen aan stadsschoon nog te verliezen heeft. „Het schoone en karakteristieke
waaraan onze oude steden zoo rijk zijn" (aldus wordt de inhoud van de „Sprokkelingen"
door den samensteller omvat) wordt in 2647 afbeeldingen neergelegd. Van de 57 (zegge
zeven-en-vijftig!) reproducties, die deze provincie betreffen, hebben slechts 44 op de
stad Groningen betrekking; 9 daarvan stellen bovendien nog sedert jaar en dag ver
dwenen stadsbeelden voor; de 35 overige stadsbeelden dan heeft de fotograaf blijkbaar
met groote moeite verzameld; verscheidene van deze 35 ziet men het aan, dat de
opnemer de foto's slechts nam, omdat de stad Groningen in die het geheele land
bestrijkende uitgave toch zoo mogelijk eenigszins behoorlijk vertegenwoordigd diende te zijn.
Ook dit stemmige hoekje kan wel wegin minder dan geen tijd is het, zoo men
wil in een halven dag, verdwenen; men hoede zich er voor.
HET POORTERSHUISJE AAN HET DAMSTERDIEP TE GRONINGEN
Mr. R. VAN ROYEN.