Het oude Jachthuis te Hoog-Soeren ziet er zeer vervallen uit. Een verzoek om
medewerking tot verbetering werd gericht tot den opper-houtvester.
Te Retranchement in Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen is een deel van de wallen
vernield door den aanleg van een trambaan. Het bericht kwam te laat, doch gewaakt
wordt tegen verdere vernieling.
De strijd tegen ontsierende reclame duurt voort. Ondanks Provinciale en Gemeente
lijke verordeningen verschijnen zoo hier en daar, ook waar dit verboden is, leelijke
borden. Met even taaie volharding worden de betrokken autoriteiten op de overtreding
opmerkzaam gemaakt, op gevaar af dat deze tak van dienst van Heemschut „vervelend" wordt.
Het dient echter erkend, dat in steeds ruimer kring de strijd tegen de ontsierende
reclame wordt aangevat. Als recente voorbeelden gelden de Provinciale verordeningen
van Utrecht en Gelderland en de Gemeentelijke verordening van Alkmaar. Te Amsterdam
gaat het nog niet hard. De taak van de nieuwe Schoonheidscommissie schijnt zoodanig
uitgebreid te zijn, dat eenige tijd noodig is voor het reclame-vraagstuk goed op streek is.
Het Adviesbureau had druk werk. De meest uiteenloopende- gevallen omtrent
plannen voor woonhuizen, boerderijen en wat niet al, kwamen binnen en met een
over 't algemeen onverdeeld succes werden de zwakke broeders op het juiste pad geleid.
De Secretaris.
HET PERCEEL ST. OLOFSTEEG 4.
Het is een doolhof van straatjes en steegjes, waar het eenigen tijd geleden door de
Vereen. „Hendrick de Keyser" aangekochte perceeltje .St. Olofsteeg 4 staat.
Heeft Amsterdam onder zijn huizen het voor enkele jaren gerestaureerde pand bij
het Binnengasthuis, befaamd, om zijn ligging aan drie grachten, het bezit van „Hendrick
de Keyser" heeft een soortgelijke karakteristiek: het wordt door drie straten belend.
Het nummert, als reeds 'boven aangegeven, aan de St.Olofsteeg, de linkerzijgevel komt
uit aan het Wijngaartstraatje, de rechter aan de Nieuwebrugsteeg.
Wie het oude huisje beziét, hij staat op historischen grond. Want welke hypo
thesen ook over de eerste jaren van onze goede stad mogen worden opgeworpen eri
verdedigd, dat de Oude' Kerk met zijn onmiddellijke omgeving de kern is waaruit
Amsterdam is gegroeid, daarover zijn allen het wel eens.
Jammer is het, dat de namen van de straten, die het oude huis aan drie zijden
insluiten niet alle authentiek zijn. Alleen van het Wijngaartstraatje is dit te zeggen.
„Het Wijngaartstraatje wordt het eerst onder dezen naam in 1430 genoemd" zegt
Mej. VAN GELDER in haar „Amsterdamsche straatnamen". „Waarschijnlijk" zoo gaat
zij voort „bestond hetreeds vroeger, te oordeelen naar zijn ligging in het oudste
stadsgedeelte". Deze onderstelling lijkt aannemelijk. De vernoeming naar een wijngaard
wijst op zeer oude tijden, zoo spoedig muren en wallen onze stad tot een vesting
maakten zal er voor een zooveel ruimte behoevenden aanleg als een wijngaard, wel
geen plaats meer geweest zijn. Op de kaart van CORN. ANTHONlSZ van 1544 is e.r
dan ook reeds geen spoor van een wijngaard meer te bekennen.
Hoe historisch de naam „St. Olofsteeg" ook aandoet, zij is eerst weinig jaren
geleden aan dit straatje gegeven. Het kan ons allen nog heugen, dat Amsterdam geen
St. Olofsteeg maar wèl een Wijde Oudezijds Kapelsteeg had. De Nieuwebrugsteeg
strekte zich voorheen slechts uit van het Damrak naar de Warmoesstraat, haar vervolg
heette toen Enge Oudezijds Kapelsteeg.