bestemming niet doelmatig was en de vergroting van
het aantal te bouwen woningen, waarin het nieuwe
plan voorzag, niet nodig. In de veronderstelling, dat
het plan wel zou worden goedgekeurd was er echter
illegaal al een aantal bomen gekapt, die zeer bepalend
waren voor het karakter en met name de
landschappelijke samenhang van het terrein. Van deze
ernstige aantasting profiteert de belanghebbende nu
in hoge mate. In een nieuwbouwplan is de omvang van
de bebouwing in het algemeen teruggebracht tot die
van het oude bestemmingsplan, rekening houdende
met de aard van het gebied, maar ter plekke van de
bomenkap is nu intensievere bebouwing gedacht,
waartegen in de nieuwe situatie ook nauwelijks meer
bezwaar kan bestaan. Een wrange nasmaak bij een
overigens zeer bevredigende afloop van de procedure.
Wageningen, Bassecourt Herenstraat
Na het realiseren van een nieuwbouwproject van de
Belgische architect Vandenhove, dat nodig zou zijn
om voor het behoud van het voormalige hoofdgebouw
van de Landbouwuniversiteit financieel draagvlak te
verzekeren, zijn er voor het hoofdgebouw zelf enige
plannen ontwikkeld, die zich onderscheiden in de mate
waarin dit wordt verminkt. Het minst aanvaardbare
had geruime tijd de voorkeur van het gemeente
bestuur. Gelukkig ging dat niet door; helaas ook niet
het alternatief, waarvoor Heemschut zich het meest
heeft ingespannen. Men ontkomt niet aan de indruk,
dat het beste alternatief een goede kans van slagèn zou
hebben gehad, wanneer het gemeentebestuur minder
het oor had laten hangen naar een projectontwikkelaar
en meer de hand had gehouden aan het eerder
geformuleerde eigen monumentenbeleid.
Winterswijk, Scholtenbrug
Het direct tegen het centrum gelegen en zeer
markante groengebiedje de Scholtenbrug langs de
Whemerbeek is in het gemeentelijk structuurplan wat
ondoordacht aangewezen als vestigingsgebied voor te
omvangrijke woningbouw en een grootschalige
parkeervoorziening. In het vervolg op de
inspraakreactie op dat structuurplan van 1991 bepleit
Heemschut, de uiterst markante waarde van het
gebied behoorlijk te onderzoeken, het onderzoek
te doen uitmonden in een beeldkwaliteitsplan en
vervolgens dit ten grondslag te leggen aan de verdere
ontwikkelingen. Goede verwachtingen werden gewekt
toen Heemschut met enige groepen verontruste
burgers werd uitgenodigd als gesprekspartner bij
de verdere planvorming. Toen echter bleek dat deze
inspraak geen mogelijkheid bood voor aandacht voor
het groengebied, maar er alleen een onaanvaardbaar
bouwplan aan de orde werd gesteld, beëindigde
Heemschut dit contact. De bezwarenprocedure van
het komende bestemmingsplan wordt afgewacht.
Winterswijk, Tricotfabriek
Behoud, bescherming en herbestemming van de
Tricotfabriek in Winterswijk concentreerden zich
in 1996 op onderdelen en helaas niet meer op een
integrale aanpak van het gehele industriële complex.
Heemschut deelde de visie van het Gelders
Genootschap dat juist het complex als geheel de
Tricot tot een monumentwaardig geheel maakt.
Immers het totale productieproces komt in de
gebouwen tot uitdrukking. Inzet bij het uitdragen
van deze visie is de status van rijksmonument die lange
tijd een reële optie was. Helaas heeft de gemeente
Winterswijk om financiële redenen geen aanvraag
daarvoor ingediend. De gemeente wenste op voor
hand zekerheid over rijkssubsidies en wilde ook
anderszins meer de vrije hand hebben. Daardoor is de
rijksstatus inmiddels buiten beeld. Geen geld van het
rijk, maar wel van de provincie Gelderland, die bij de
Winterswijk, zicht vanuit de Scholtenbrug op het centrum van Winterwijk (foto: G. Cremers)
25