VI College van technisch adviseurs
Algemeen Bewakings- en beschermingsbeleid
Samenstelling van het College van technisch
adviseurs
mr. E. Dienaar, voorzitter
drs. J.P.J. van der Haagen,plv. voorzitter
ir. L.W. Barneveld, Groningen
P. Prins, Friesland
ing. Sj. Jantzen, Drenthe
ing. L.S. van Leeuwen, Overijssel
ir. G.G.L.M. Cremers, Gelderland
ing. A. Reitsma, Gelderland
ing. P.D. van Vliet, Utrecht
ing. A.L. Lourijsen, Noord-Holland
A.C. Bitter, Zuid-Holland
ir. F.H. Goppel, Zuid-Holland
ing. P.C. Ingen-Housz, Zeeland
ing. L. de Visser, Noord-Brabant
ing. H.H.M. Strijbos, Noord-Brabant
ir. K.J.C. Merks, Limburg
Mutaties in het College van technisch
adviseurs
In het verslagjaar trad ing. A. Reitsma te Nijmegen af
als technisch adviseur van Gelderland; vooral zijn
buitengewone inzet voor het behoud van cultuur
waarden in het Gelderse rivierenland in het kader van
de dijkversterkingen mag niet onvermeld blijven.
Ing. P.C. Ingen-Housz te Koudekerke beëindigde zijn
technisch adviseurschap voor Zeeland.
In beide vacatures kon nog niet worden voorzien.
Vergaderingen
De technisch adviseurs kwamen te Amsterdam in
vergadering bijeen op 11 januari, 22 maart, 23 juni,
20 september en 13 december.
Als Heemschut een ruimtelijk manifeste cultuuruiting
historisch waardevol acht, beschouwt Heemschut
deze cultuuruiting als een cultuurmonument. Zowel
objectgericht als gebiedsgericht wordt door Heemschut
zowel bewakend als beschermend opgetreden om
instandhouding van deze cultuurmonumenten te
bewerkstelligen.
Deze doelstelling bepaalt de werkzaamheden van de
provinciale commissies, van de technisch adviseurs en
van het College van technisch adviseurs.
In 1994 stonden de vergaderingen van de technisch
adviseurs vooral in het teken van de actiepunten
vermeld in Heemschut's meerjarige beschermings
beleidsplan: bevordering van goed gemeentelijk
monumenten- en welstandsbeleid, bevordering van
hergebruik van historisch waardevolle panden,
versterking van het beleid inzake historisch-
geografisch waardevolle objecten en structuren en van
cultureel historisch waardevolle landschappen.
Problematische gevallen waarmee de provinciale
commissies werden geconfronteerd werden door de
technisch adviseurs ingebracht en kritisch besproken.
Samenwerkingsmogelijkheden tussen de Bond
Heemschut én de RdMz kwamen op de vergadering
van 23 juni aan de orde in aanwezigheid van ir. J.C.
't Hart, hoofd van de regio-service, en de heer
P. Wery van de RdMz.
Ook de stand van zaken t.o.v. het Strategisch Plan voor
de Monumentenzorg, het Monumenten Selectie Project
en de rivier- dijkversterkingen passeerde de revue.
Op 13 december werd er langdurig van gedachten
gewisseld over de door Heemschut te volgen
beschermingsstrategie in het algemeen.
Dit naar aanleiding van een, zonder noemenswaardig
resultaat, langdurig en intensief pogen van de kant van
de commissie Heemschut-Groningen om een beter
planologisch en stedebouwkundig
monumentenzorgbeleid tot stand te brengen.
Algemeen gezegd tracht de Bond Heemschut zijn doel
te bereiken door:
1 het beïnvloeden van beleidsvormings- en
besluitvormingsprocessen zowel met betrekking tot
de ruimtelijke ontwikkeling van historisch
waardevolle gebieden, als ook met betrekking tot
historisch waardevolle objecten
(historisch-geografische en, stedebouwkundig-
historische zaken en architectuurhistorische zaken);
2 alertheid ten aanzien van alle ruimtelijke
ontwikkelingen en plannen (bestemmingen,
bouwen, slopen, her-inrichten, aanleggen etc.) en
daaruit voortvloeiende gevolgen voor de
cultuurhistorische karakteristiek van stad, dorp,
infrastructuur of landschap;
3 advisering aan derden inzake beschermingsacties
van cultuurhistorisch waardevolle ruimtelijke
structuren en objecten;
39