ZEELAND
Samenstelling van de commissie
- drs. W.J. Plomp, voorzitter
- drs. B.I. Sens, secretaris
- drs. W. Heijbroek, vice-voorzitter
- ir. R.M.TH. Adriaansens, technisch adviseur
- P.A. Boot
- C.JKeulemans
- B. Oele
- ir. J.L. van Sloten
- P. van der Veen
Mutaties in de commissie
Vanaf 10 maart is de heer G.M. Baijens als PR-
functionaris aan de commissie verbonden.
Vergaderingen
In 1992 is er door de commissie driemaal vergaderd,
te weten op 10 maart, 14 mei en 3 september.
Gevallen
Dreischor, school
De PC schonk aandacht aan de sloopplannen voor de
school te Dreischor. In de school is nu een landbouw
museum gevestigd.
Hulstpand Bakker
De bedreiging van een voormalige zoutziederij
(het zgn. pand Bakker) te Hulst werd gevolgd.
Veere, Grote Kerk
De voortgang van het plan van de
Rijksgebouwendienst om appartementen in de Grote
Kerk te Veere te bouwen werd gevolgd.
WilhelminadorpMeestoof
In Zeeland staan nog maar enkele meestoven,
gebouwen die herinneren aan de eeuwenlange voor
deze provincie zo belangrijke meekrapteelt. Uit de
wortels van deze plant werd op natuurlijke wijze rode
kleurstof gewonnen. Deze voor Zeeland zo
belangrijke teelt ging in het derde kwart van de 19de
eeuw geheel verloren, toen het goedkoper bleek de
kleurstof op synthetische wijze te fabriceren.
De suikerbiet nam de plaats van de meekrap over. De
meekrap werd gedroogd in zogenaamde meestoven,
grote stenen bouwsels, die na het verdwijnen van de
meekrapteelt voor andere agrarische doeleinden
werden gebruikt, zoals voor de opslag van
landbouwgewassen.
In Wilhelminadorp, ten noorden van Goes, staat nog
één van de laatste Zeeuwse meestoven en wordt
tegenwoordig gebruikt voor de opslag van graan. De
directie van het grote landbouwbedrijf zegt echter de
meestoof niet meer nodig te hebben omdat het
gebouw niet langer voor graanopslag kan worden
gebruikt en wil in de directe omgeving een nieuwe
graanopslag bouwen en de meestoof afstoten. Het
college van B&W van Goes ziet geen aanleiding om
een inmiddels aangevraagde sloopvergunning te
weigeren.
Het gebouw is rond 1790 gebouwd en stond toen aan
de Middelburgse haven. De meestoof werd in 1820
steentje voor steentje afgebroken en weer opgebouwd
in Wilhelminadorp. De huidige eigenaar zegt dat
door de vele aanpassingen die het gebouw heeft
ondergaan weinig van het oorspronkelijke karakter is
overgebleven. Hij gaat er vanuit dat sloop vrijwel niet
te voorkomen zal zijn.
Inmiddels is er in de gemeenteraad van Goes verzet
ontstaan tegen de sloop van de meestoof en zijn er
alternatieve plannen ontwikkeld, zoals de bouw van
inpandige appartementen of een verplaatsing naar het
educatieve terrein De Hollandse Hoeve te Goes, ten
behoeve van de vestiging van een Milieu Educatief
Centrum. Ook zijn er ideeën over de vestiging van een
landbouwmuseum. De plannen hebben echter nog
geen vaste vorm aangenomen.
De PC Zeeland van de Bond Heemschut noemt in
een brief aan B&W van Goes het gebouw zeer
karakteristiek, niet alleen vanwege zijn voormalige
functie, maar ook in relatie tot de specifieke bebouwing
van Wilhelminadorp. Het grote belang voor de
landbouwgeschiedenis van de provincie en de
architectonische kwaliteiten van het gebouw pleiten
voor behoud. De PC spreekt zijn ernstige verontrusting
uit omtrent eventuele plannen voor sloop en verzoekt
B&W alles in het werk te stellen om dit pand in ieder
geval voor wat zijn essenties betreft te behouden.
Provincie Zeeland
De PC houdt zich in het algemeen bezig met de
aantasting van het Zeeuwse landschap door bv.
windmolens, glazen kassen e.d.
Ook het probleem van de leegkomende agrarische
bebouwing heeft de aandacht. De laatste 10 tot 20 jaar
verdwijnen steeds meer karakteristieke boerderijen uit
het Zeeuwse landschap. Belangrijke oorzaken hiervan
zijn schaalvergroting, verdere inkrimping van het
akkerbouw-areaal, ontwikkeling van de mechanisatie
en het ontbreken van comfort. Vaak is het nodig een
nieuwe bestemming te vinden en te geven aan
boerderijen om de instandhouding hiervan te
waarborgen. De PC Zeeland heeft zich in 1992
veelvuldig met het probleem van de vrijkomende
agrarische bebouwing beziggehouden en is van
mening dat, indien de cultuur- en architectuur
historische waarden van een object worden
gerespecteerd, een herbestemming mogelijk moet
zijn. Bij de provincie Zeeland is tevens aandacht voor
deze problematiek, zoals blijkt uit de eerste aanzet
voor de 'Notitie vrijkomende agrarische bebouwing'.
De PC Zeeland zal in 1993 dit onderwerp verder
uitdiepen, onder meer door een studiedag over dit
thema te organiseren.
28