voltooiing kwam, vertoonde op zijn beurt weer overeenkomst
met de veste te Batavia.
Zowel de sterkte te Batavia, als die aan de Tafelbaai (waarbij
Kaapstad ontstond) vertoonden het oud-Nederlandse vesting
stelsel, in primitieve vorm, want alle vóór en buitenwerken
ontbraken. Zij voldoen dan ook lang niet in alle opzichten
aan de eisen, die Stevin in zijn, :n 1594 te Leiden verschenen,
boek „Sterckten-Bouwing" stelde. Zoals reeds vermeld, was
het kasteel te Batavia in beginsel bedoeld als beveiliging tegen
een inheemse vijand. Overigens vertrouwde men op zijn zee
macht, want, zoals ook Van Imhoff oordeelde, was het kas
teel tegen een Europese vijand: „op zich zelfs niets waerdig."
De muren van het kasteel waren met borstwering en al onge
veer 7.50 m hoog opgetrokken van coraalsteen. Zij waren
vrij wat dikker en hoger dan die van de stad, doch verkeerden
dikwijls in slechte staat.
Het kasteel heeft echter, vooral tegenover de oosterlingen,
lange tijd een symbolisch-representatieve betekenis gehad. Dit
kwam ook tot uiting door de ligging van het Stadhuis ten
opzichte van het Kasteel. Bekijken we nog eens fig. 8, dan
zien we hoe in het verlengde van de kasteelbrug over de
zuider kasteelgracht de hoofdstraat in zuidelijke richting, de
Prinsestraat, uitkwam op het plein recht tegenover het Stad
huis. Een zinvolle aanleg: het Kasteel, het bolwerk der Ver
enigde Oost-Indische Compagnie op Java, waarin het bewind
over alle vestigingen in Oost-Azië zetelde, en op passende af
stand, in de noord-zuid-as, als het ware aan de voeten daar
van, het huis der stedelijke gemeenschap. Het stadhuis
vormt in de geest der Renaissance de afsluiting van het toneel,
dat men van het kasteel komende, voor zich zag. Een monu
mentale aanleg, ontsproten aan de Italiaanse Renaissance, was
aldus via Frankrijk en Nederland, in bescheiden vorm, tot
deze koloniale vestiging doorgedrongen.
De stadsaanleg van Batavia was in de eerste helft van de 17de
eeuw uitgesproken westers en door zijn grachten typisch
Nederlands (zie fig. 27).
Wat de stadsmuren betreft, deze hadden in strategisch opzicht
nog minder te betekenen, dan het kasteel. Ook hier ontbraken
126