duiden trouwens ook op watertoevoer uit het Zuiden.
Indien wij het profiel bekijken, vinden we in opgaande
lijn steeds minder mariene lagen. Al deze lagen zijn later
door druk vanuit het Zuid-Oosten geplooid. De totale
dikte der afzettingen bedraagt ongeveer 3000 m. Om
deze tot stand te brengen, was veel tijd nodig, vooral als
men bedenkt, dat een steenkolenlaag van b.v. één meter,
het resultaat is van de samenpersing van 'n enkele tien
tallen meters dikke laag vegetatieresten. In totaal vindt
men in die 3000 m dan ook slechts 6090 m steenkool,
verdeeld over vele lagen. De rest bestaat dus uit scha
lies en zandstenen.
Overigens wordt het karboonparket naar het Zuiden snel
Jaóeeh
AP
Geletndal
DHuvU» Uitgelaten
WX'H Ptoceen
Niaieen
ORgoceen
Meom fT~n -3enoon
Triai
I1 Baaen-Carboon
Onder-Caban
Jooo I üortog
Schemabxh pro/re/ in ZW-NQ richt d Zuid-Limburg
Fig. 1Schematisch profiel Zuid Limburg.
dunner, zoals uit bijgaande tekening blijkt. Deze toe
stand is het gevolg van daling, scheeftrekking en ge
deeltelijke afslijting van het terrein, zodat het thans lijkt
of de karboon zich heeft afgezet tegen een naar de
Ardennen en Eifel oplopende helling en deze voor het
grootste deel heeft genivelleerd. Het hoogteverschil van
de oppervlakte van het karboon tussen noordelijk en
zuidelijk Zuid Limburg bedraagt nu slechts een paar
honderd meter. Hoe aan de gehele periode van afzet
tingen in Zuid Limburg een einde is gekomen, is ons
niet met zekerheid bekend. Er bestaat een groot hiaat
tussen haar en de daaropvolgende formatie. Hoe Zuid
11
