trotseren, totdat de onweerstaanbare „stedendwinger"
langs de Maas naar het Zuiden oprukte. Zowel Valken
burg, 's Hertogenrade, Daelhem als Limburg vielen in
zijn handen (1632). Hoewel de Staatsen zich nu voor
goed in Maastricht hadden genesteld, werden de vier
bergsloten in 1635 alweer door de Spanjaarden her
overd. In 1644 wist Maastricht's commandant, Stein
Callenfels, echter ook definitief beslag te leggen op de
hoofdplaatsen der drie landen van Overmaze. Het kasteel
en de stadsmuur van Valkenburg zijn toen grotendeels
verwoest.
De vrede van Munster bracht in ons gebied helaas geen
vrede, omdat men het niet eens werd over de verdeling.
De Staten betoogden, dat het bezit van de hoofdstad het
bezit van het gehele land betekende, doch Spanje wilde
het door zijn troepen bezette gedeelte van het platteland
niet ontruimen. Men kwam toen overeen, een chambre-
mi-parli in te stellen. De oorlog werd daardoor gerekt
tot 1661. De Staatsen hebben met het oog daarop de scha
de in hun vestingen weer zoveel mogelijk hersteld.
Het partagetractaat van 1661 bracht de volgende ver
deling
I. De Staten-Generaal:
Land van Valkenburg: Stad Valkenburg, Meerssen met
Limmel en Amby, Houthem, behalve adellijk stift van
St. Gerlach, Beek, Klimmen, Hulsberg, Schimmert,
Heerlen met Voerendaal en Nieuwenhagen, een weg door
de heerlijkheid Schaesberg, alsmede het graafschap
Geulle en de heerlijkheden Eijsden met St Geertruid,
Borgharen, Itteren, Bunde1), Ulestraten1), Eckelrade
en ten onrechte Heer met Keer, Berg en Bemelen (voog
dijen).
Land van 's Hertogenrade: de thans in Zuid-Limburg
gelegen heerlijkheden Vijlen en Vaals, alsmede Gulpen
met Margraten.
Land van Daelhem: Stad Daelhem enz. de thans in
Zuid Limburg gelegen heerlijkheden Cadier en Oost1).
1) Nieuwe heerlijkheid.
69
