Walram de Rosse van Valkenburg. Deze moest al op 16- jarige leeftijd het bewind in handen nemen, niet alleen van Valkenburg, doch ook van Montjoie (Eifel) en Sit- tard, heerlijkheden, die zijn moeder van haar broer, Walram de Rosse van Limburg, had geërfd. Walram van Valkenburg is een van de grote figuren geweest in de Limburgse Successieoorlog (zie boven). Jan van Heelu bezingt hem in zijn bekende Rijmkroniek van de slag bij Woeringen (1288) als volgt: „Coenlike ende met overmoede „Maer nochtan bleef hi op sijn hoede." Ook horen we weer iets over kasteel Valkenburg. In 1288 werd het door Jan van Brabant belegerd. Deze aanslag was echter tevergeefs, omdat Walram, dank zij de pas in de jaren 1930/37 ontdekte geheime onder aardse gangen, zijn vijand ook in de rug kon bestoken (zie lit.lijst, hfdst. I). Indien we verder bedenken, dat Walram's zuster Beatrix de ega was van de Rooms koning Richard van Corn- wallis, dan kunnen we ons voorstellen, dat de Valken- burgse dynasten te dien tijde op het toppunt van hun macht waren. Dit blijkt ook uit het feit, dat zij in een wijde omtrek alle geestelijke goederen bevoogdden en vele leenmannen hadden. Waren zij hierdoor wat over het paard getild? Hoe dit ook zij, ernstige conflicten met de graaf van Gulik en vooral met de hertog van Brabant over de van de Maastrichtenaren geëiste hoge weg- en water (Maas(tollen, leidden tot de catastrophe van 1318, waarbij Borgharen, Sittard en Heerlen ver loren gingen. De berooide schatkist bewoog Reinald I (13051333) toen tot het ondernemen van plunder tochten. Daarom werd in 1327 ook Valkenburg bedreigd. De uitgevoerde belegering is belangrijk, omdat uit het feit, dat men getracht heeft het stadje onder water te zetten blijkt, dat de Geul destijds dóór het stadje liep. Hieruit volgt ook de verklaring voor het andere feit, dat de kerk van Valkenburg in 1281 afgesplitst werd van de parochie Schin op Geul, welk dorp behoorde tot het 65 5

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 71