voor de kasteelhoeven, doch deze waren samen met de burcht tevens door een gracht omgeven. Mogelijk heeft deze constructie wel inspirerend gewerkt. Alvorens de gesloten hoeve nog wat nader te bekijken moeten we er nog op wijzen, dat de blootlegging van de langgevelige Sunische hoeve te Stein (zie hfdst. II) niet bevestigt, hetgeen uit de Lex Salica omtrent de opbouw van het oorspronkelijke Frankische boerenbedrijf valt op te maken. Men bedenke echter, dat de Sunici met de Romeinen ook weer verdwenen zijn en de Franken na de verwoesting van het land dus vermoedelijk weer van de hut uit hebben moeten gaan. Betreden we nu de grote poort aan de straatzijde, of het deurtje ernaast (of erin) voor het personenverkeer, dan staan we op de binnenplaats, met de mestvaalt in het midden1). Hieromheen loopt het gangpad of de luif, zo genoemd naar het als luifel overstekende dak. Op het gangpad komen alle ruimten uit. Vooreerst de woning. Deze vindt men meestal links vooraan, met de mooie kamer aan de straatzijde. De buitengevel hiervan is ook altijd de voornaamste en bij de vakwerkhuizen vaak de enige die in mergel is uitgevoerd. Gescheiden door het gangetje met de huisdeur en de trap volgt dan de woon keuken met daarachter de stal. In een willekeurige volg orde om de binnenplaats treft men daarna aan schuren, paardenstallen met knechtenkamertjes, varkenshokken, de karnruimte en de deel. De bedrijfsgebouwen zijn meestal minder soliede gebouwd dan de linker langgevel- bouw, doch het geheel ziet er aan de buitenzijde niet minder ongenaakbaar uit. Dit wordt veroorzaakt door de grote muurvlakken, welke hier vrijwel vensterloos zijn. Toch is de indruk niet somber. Zowel de primitieve vakwerkwanden met weeg- of baksteenvulling2) als de zware muren van mergelblokken met soms fraaie ba rokke topgevels, doen prettig aan. Opmerkelijk is ook 1) Om hygiënische redenen verdwijnt de mestvaalt op deze plaats meer en meer. 2) Vooral te Ingber bij Gulpen kan men er nog veel aan treffen. 45

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 47