rechteckige einfache Hauser mit den Schmalseiten nach
der Strasse eng neben einander gestellt sind." Dit schijnt
dus het oudste type te zijn, hetgeen voor wat de huizen
betreft ook klopt met de hieronder te bespreken theoriën
over de ontwikkeling van de Frankische hoeve.
Toch zijn er in vele meestal hoog gelegen dorpen
centra ontstaan, welke niet hun ontstaan te danken heb
ben aan de oprichting van een kerk, want men vindt ze
terug in gehuchten, waar nooit een kerk is geweest. Dat
centrum bestaat of heeft volgens de herinnering van
oude inwoners bestaan uit een waterpoel, welke aan alle
kanten omgeven is door een drie- of viertal wegen, die
een gelijkbenige drie- of vierhoek vormen. Dit complex
van poel met wegen wordt in oude geschriften Bies,
Biesd of Biest genoemd. Indien een kerk werd gebouwd
kwam deze altijd langs een der zijwegen, dus tegenover
de poel. Een dergelijk stelsel is voorlopig vastgesteld
kunnen worden in Stein, Oirsbeek, Catsop (bij Elslo),
Gracht (bij Oirsbeek), Schimmert, Berg, Beek, enz. De
opvallende overeenkomst in het bouwschema van zoveel
oude dorpen doet niet alleen veronderstellen, dat ze in
een en dezelfde tijd ontstonden, doch dat we hier te
maken hebben met een uitbreidingsplan in zakformaat.
Zulk een teken van maatschappelijke orde en krachtige
leiding kan alleen worden verwacht van een volksstam,
die, komende van elders, alhier een nieuw tehuis ves
tigde. Indien we hierbij bedenken, dat het ook de Fran
ken waren, die in hun staatkundig beleid (waaronder
het voorbeeldige gouwenstelsel), van een gevoel voor
orde blijk gaven, dan kunnen we gerust aannemen, dat
de meeste Zuid-Limburgse dorpen opnieuw door hen
werden gesticht. Thans, nu meer en meer dorpen aan
sluiting krijgen op de waterleiding, heeft men de poelen
als waterreservoir niet meer nodig. De daarbij komende
intensieve bebouwing in de laatste decenniën, vooral
van de mijnstreek zal dan ook wel de algehele ver
dwijning van die centra betekenen. Dit geldt ook voor
de dorpsputten met hun typische van een zadeldakje
41