35 ingesmolten wit glasemail boogjes en het gouden fla connetje met afzonderlijk stopvormig dekseltje, beves tigd met een gouden kettinkje. De voor de versiering toegepaste filigraintechniek maakt dit laatste staaltje van goudsmeedkunst tot een zeldzaam stuk. Het is moge lijk van Zuid Russische oorsprong (fig. 8). In het Heerlense museum vindt u verder aarden olie lampen, verschillende modellen mantelspelden (fibulae), vele sieraden en juwelen, diverse styli (om in was te schrijven), dobbelstenen, sleutels, medische instrumen ten en glazen vaatwerk. Opmerkelijk is tenslotte de prachtige collectie senaats- en keizerlijke munten. Van de 800 stuks, welke het museum bezit, zijn er alleen al 375 uit de thermen afkomstig. De bloei waar al deze vondsten getuigenis van afleggen, heerste vooral in de le, 2e en 3e eeuw. De Romeinen konden zich alleen met militaire macht handhaven, want zowel de onderworpen bevolking als de Germaanse stammen van over de Rijn probeerden steeds in opstand te komen. Reeds in 70 na Chr. moest Coriovallum het ontgelden. Tacitus verhaalt, dat de Sunici (tussen Aken en de Maas) met Claudius Civilis optrokken, het castel- lum bestormden en daarop de „pons Mosae" bezetten (vermoedelijk Maastricht). Na deze opstand moet vooral ook in de 3e eeuw het tegenwoordige Zuid Limburg van de invallen geleden hebben, want in menig blootgelegde villa werden geen voorwerpen uit een latere periode aangetroffen. Van Ammianus Marcellinus weten we verder, dat de Romeinse ruiterij, die in 357 van Keulen naar Tongeren trok volgens Beckers in Coriovallum een plunde rende bende Franken van 1600 man sterk aantrof welke vluchtte en zich daarop te Maastricht verschanste. In 410 werd tenslotte de Rijngrens opgegeven. We kunnen dit hoofdstuk niet sluiten, zonder hierna nog even de loop der heerbanen na te gaan. Bij het op sporen daarvan is men uitgegaan van de volgende feiten

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 37