kant poortgebouwtje met dubbel gezwenkt dak. Hier
achter bevindt zich de nog gedeeltelijk bewaard geble
ven brug over de voormalige buitengracht.
De kastelen welke zetel waren der overige oude heer
lijkheden in het land van Valkenburg, zijn allen ver
dwenen. In sommige gevallen, zoals te Geulle, te Schin-
nen en te Wijnandsrade, richtten de heren een gedeelte
der bijgebouwen in tot hun woning.
Te ELSLO bevinden zich de fundamenten der oude
burcht op de bodem van de Maas, welke rivier zich daar
steeds in oostelijke richting verplaatst heeft en eens
zelfs kasteel Stein bedreigde (zie hfdst. XI). Te
STRUCHT is van het in 1381 verheven kasteel niets
meer te vinden.
De heerlijkheid GEUL werd in 1298 door Walram de
Rosse van Valkenburg aangekocht van de abt van Cor-
nelimunster. Na verschillende malen verpand te zijn,
volgde in 1644 de definitieve verkoop aan Conrad
Ulrich van Hoensbroek, stadhouder en voogd van het
land van Valkenburg. Diens vader Wolter Hoen van
Hoensbroek had aldaar omstreeks 1620 een volgens
oude afbeeldingen machtig kasteel gebouwd. In 1660
verhief koning Philips IV Geul daarom zelfs tot graaf
schap, hetgeen hem echter voor een gunstiger verdeling
van het graafschap Valkenburg niet baatte. Op last van
graaf d'Oultremont de Warfusee werd het kasteel in 1847
weer afgebroken. Het tegenwoordige „kasteel" is een
gedeelte van een bijbehorende versterkte hoeve en ligt
op een geheel door grachten omgeven vierkant terrein.
Over een stenen brug op ronde bogen bereikt men de
inrijpoort in een verhoogd torenvormig gedeelte van de
in de 18e en 19e eeuw gewijzigde westvleugel. Van de
zuidvleugel is ook nog een gedeelte over met een met
Naamse steen omlijste poort.
Te SCHINNEN werd de voorvleugel rechts van de in
rijpoort met de aansluitende noordvleugel van de slot-
hoeve ingericht tot heerlijke woning. Men heeft er toen
een verdieping opgebouwd. Blijkens enkele overgebleven
tussendorpelvensters dateert de benedenverdieping
103