45
grote band eveneens door engelen gesteund is een twee
de opschrift in krachtige lettertypenPax vna trivmphis
innvmeres potior. Van de naam Jehovah, in Joods
schrift, straalt een hemellicht over het tafereel.
Behalve deze zijn verschillende penningen door Lutma
gedreven; er kan evenwel volstaan worden te wijzen op
het reeds uitgegeven boek in de Heemschutserie, num
mer 52, Nederlandse penningen, door Mr. J. W. Frede-
riks en de Meesters der Plaquettepenningen, uitgegeven
ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van het Neder-
landsch Genootschap voor Munt- en Penningkunde in
1943, van dezelfde hand.
Er zijn slechts weinige XVIIe eeuwse Nederlandse zil
versmeden wier werken chronologisch gerangschikt
kunnen worden, waardoor het mogelijk is de ontwikke
ling en de zich wijzigende opvatting van de kunstenaar
te volgen. Lutma's vroege streven leerden wij kennen in
zijn begrafenisschilden van 1633, zijn pogingen de toen
maals nieuwe ornamentiek op een andere wijze op te
lossen dan de Vianens, in zijn beker van 1639 (afb. 37)
zijn bereiken daarvan in het schaaltje van 1641 (afb. 40)
en zijn meesterschap als edelsmid der barok in zijn kan
en schotel van 1647 (afb. 45 en 46). Zes jaar later zou
hij deze pompeuse vormen vaarwel zeggen, en voor de
stad Amsterdam een lampetkan en schaal drijven, edel
van vorm en sober van versiering. Gemaakt voor het
feestmaal, gegeven door de stedelijke overheid ter ere
van de inwijding van het nieuwe raadhuis in 1655 is de
rooskantige schaal evenals de gelobde kan voorzien van
de wapens der vier Amsterdamse burgemeesters in ge
graveerde cartouches van kwabornament. Geen fantas
tische versiering trekt de aandacht, slechts de nobele
vorm, de meesterlijke bewerking en de zachte glans van
het gedreven metaal zijn de schoonheid van dit meester
werk (afb. 47).
Reeds uit 1648 bestaat een voorwerp, door Lutma ver
vaardigd in verband met de bouw van het stadhuis, n.1.
een troffel, gebruikt voor de eerste steenlegging. De drie
hoekige schep met enigszins afgeronde zijden is voorzien