20
land, Haarlem, Alkmaar, Egmond en van bestuurderen
gegraveerd zijn. Op het deksel de buste van Karei V
(afb. 13).
Bewogener omtrekken, de late barok eigen, gaf de Zwol
lenaar Johan Kuijndert aan zijn monumentale beker van
1678, geschenk van de drost van Vollenhoven, Hendrik
Bentinck aan de stad Zwartsluis1).
De akeleivormige kelk gedragen door drie putti, is rijk
versierd met reliëfs, vergezeld door onderschriften en
omsloten door zware voluten, terwijl op het deksel
Oranje-portretten gedreven zijn; als bekroning dient een
Neptunusbeeld.
Op de voet is het volgende gedicht gegraveerd
Dit conststuck vint tot Swartesluis,
Ter eer bewaert op haer Raethuis,
Om daaruit ook te drincken wijn,
wanneer men recht mach vrolick zijn.
Johan Kuyndert, fecit.
Het vierde type, wellicht het meest voorkomende, dat zich
tot de XVIIIe eeuw gehandhaafd heeft en nog wel eens
gedreven wordt, is de eenvoudige conische beker met
een zich naar boven verwijdende cuppa op zeer lage
voet.
De strenge contour wordt niet onderbroken door drijf
werk; slechts gegraveerd ornament verlevendigt de op
pervlakte. Band en vlechtwerk, waartussen bloemdécor
en hangende vruchtentrossen, zijn de geliefkoosde ver
sieringsmotieven, terwijl de figurale voorstellingen, even
eens gegraveerd, die soms aangebracht zijn, gewoonlijk
betrekking hebben op het gebruik van de beker als
Avondmaal- of als gildebeker; maar soms ook weer
slechts als décor en dan niet zelden gevolgd naar ont
werpen van bekende kunstenaars, zoals de gegraveerde
personificaties der jaargetijden op een beker in parti
culier bezit naar gravures van Matham, naar de teke-
1) Bruikleen van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap aan
het Rijksmuseum.