40. De Armstoel van mahoniehout heeft het type van de lage fauteuil. Zijn zitting, bekleed met nieuwe stof, is halfcirkelvormig, doch met even ge bogen voorregel. Deze is versierd met een gestrikt lint en acanthusrozetten op de vierkante huizen der gecanneleerde poten. Hieruit omhoog gaan de met deze uit één stuk gezaagde vierkante armstutten, die gecanneleerd zijn en naar achter-wijkende hori zontale armleggers met kussentjes dragen. De rug leuning, bekleed met oude stof, heeft de vorm van een ovaal; zij is omzoomd door een parellijst en boven versierd met een gestrikt lint. 41. De Armstoel van beukenhout was oorspronke lijk geverfd in blauw en wit Wedgwood aardewerk- kleuren). De 4 gecanneleerde toskaanse kolompoten eindigen boven in vierkante huizen met gestoken rozetten. De onderlinge verbindingsregels daarvan zijn aan drie zijden versierd met balustertjes. Recht omhoog uit de voorpoten ontspruiten de naar ach ter-wijkende armstutten, versierd met acanthusblad, in de vorm van een kolonnet. De hierop rustende armleggers gaan met holle lijn over in de eindzuil- tjes der rugleuning. Tussen deze laatste zijn 4 uiterst dunne kolonnetten aangebracht, onder staande op een regel en boven verbonden door boogjes. Ten slotte bekroont een ijle balustergalerij de rugleuning. 89

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 87