een ionische tandlijst te suggereren. En voorts uit het feit dat men boven de strakke kroonlijst, in wat zon derling hoge vorm, een driehoekig fronton geplakt heeft. Om de traditionele pullen te pronk te zetten, heeft men op de driehoek 3 der 5 sokkels moeten be vestigen. Het beslag op de laden in rozetvorm geeft de typisch nieuwe vorm van trekker en sleutelplaat aan, die wijst op het eind der 18de eeuw. Wellicht is dit beslag reeds als stampwerk uitgevoerd. 34. Het Penantkastje met halve ellips in grondplan is „gemarqueteerd" met rozen- en satijnhout, en af gedekt door een witmarmeren plaat. Op de korte konische poten, eindigend in verguld koperen voet jes, gaan de vlakke stijlen met ingelegde cannelures omhoog. Daar tussen zijn aan de voorzijde twee cy- linderdeurtjes uit verticale latten aangebracht, die bij geopende stand achter de gebogen zijvlakken ge schoven zijn. Onder verbindt een regel met afhan gende rand de poten onderling en boven geschiedt dit door een regel, waarin aan de voorzijde twee laden schuiven, die door een vast middenstuk ge scheiden zijn. Behalve de uiterst sobere vormen wijst ook het plaatselijk aanbrengen van ijle, koperen ver sieringen en rozetvormige ladetrekkers op het eind der 18de eeuw. 35. Het Schrijf kabinet is van mahoniehout en ge marqueteerd met rozen- en satijnhout. Het onder stuk, staande op 4 korte rechthoekige poten, wordt opgesloten door 2 schuifbare cylinderdeurtjes uit verticale latten. Waar deze weggeschoven zijn, kan men ze nog even zien naast de hoekstijlen. 86

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 84