weinig geverfd; is dit wel het geval, dan ziet men
lichte kleuren.
Het lakwerk komt minder voor, hoewel bij kostbare
interieurs soms originele Chinese en Japanse panelen
opgenomen zijn in de betimmeringen, die dan ge
lakt worden. Als voorbeeld moge hiervoor dienen
de Chinese en de Japanse zaal in het Huis ten Bosch
bij 's-Gravenhage.
In de zo voor dit tijdperk typerende briefromans
van Wolff en Deken wordt nog steeds gesproken van
het voorhuis, bedoeld als voorste gedeelte van de
gang bij het binnen komen. Voor vloer, wanden en
plafond der gang verwijzen wij naar de beschrijving
in het vorige hoofdstuk, zij het dan dat de ver
sieringen stiller aandoen in deze Lodewijk XVI-stijl.
Wat de verlichting der gang betreft, vervolgt het
eenmaal verworven raam boven de ingangsdeur als
ijzeren sierraam en als houten snijraam zijn weg.
Het bovenstaande geldt eveneens voor het trappen
huis, dat bij de patriciërswoning beheerst wordt
door de zucht naar deftig-doen, desnoods op het
nuchtere af. Daarbij blijft de koepelvorm als be
kroning der ruimte gehandhaafd, evenals de rechte
bordestrap, die balusters krijgt met symmetrische
vormen.
Vergeleken bij de vorige periode is het totaal van
59
4. VOORHUIS EN GANG
5. TRAPPENHUIS
6. WOONVERTREK
