1'art du menuisier, 1772, met de: Encyclopédie
Diderot-d'Alembert, 1751 e.v.
Tenslotte wijzen wij er op, dat bij de eenvoudige
burger de drang naar confort in de 18de eeuw
toeneemt en leidt tot een eigen karakteristiek van
het burgermeubel, dat een navolging op goedkope
wijze is van het luxueuze meubel der patriciërs
woning.
Het bed als bedstede is een „vast" meubel en wordt
nog steeds gemaakt in het kleine woonhuis, waar
het in de betimmering is opgenomen en met deze
de stijlverandering meemaakt. In het grote huis
treft men die bedstede slechts aan in de slaapkamers
voor het dienstpersoneel en voor de kinderen. Ove
rigens is zij vervangen door het vrijstaande ledi
kant, dat, wanneer het in een woonvertrek staat, in
een alcoof geplaatst wordt, gelijk wij deze kennen
sinds het midden der 17de eeuw (zie Deel II). Dit
ledikant, in sommige inventarissen rustbank ge
noemd, wordt omhuld door zware gordijnen, zodat
de houten bedbak weinig te zien is. Nu eens hangen
deze gordijnen af van een rechthoekige bedhemel,
dan weer is de omhulling kegelvormig, wanneer de
bedhemel rond is en spreekt men van een „pavil
joen-bed" (zie Deel II). De gordijnstof en de patro
nen daarop wisselen met het stijlverloop.
Was eens in het woonvertrek de kist en later de
twee- en vierdeurskast het bergmeubel bij uitstek,
36
1. VAST MEUBEL
2. BERGMEUBEL