Het was in dezen tijd dat de „Insignis Pictor", de
„seer vermaerde schilder" Jeroen van Aken, zich
noemende Hieronymus Bosch, te 's-Hertogenbosch
omstreeks 1460 het levenslicht aanschouwde. Hij was
lid der Illustre Lieve Vrouwe Broederschap en hare
rekeningen vormen zoowat de eenige bron der ge-
gegevens, die over zijn leven licht verspreiden. In 1516
is Hieronymus Bosch overleden. De rekeningen der
Illustre Lieve Vrouwe Broederschap vermelden, dat
zijn medeleden zijn uitvaart lieten houden, dat de
„Bastoniers en Graftemakers" door haar werden be
taald en dat armen aan het lijkmaal aanzaten. Zijn
schilderwerken hadden tijdens zijn leven reeds buiten-
landsche vermaardheid. In het slaapvertrek van
Philips II in het Escoriaal vindt men er een drietal,
in het Dogen Paleis te Venetië twee, het Prado in
Madrid gaat fier op het bezit van zijn meesterwerk
,,de aanbidding der Driekoningen", kortom, elk be
langrijk museum „qui se respecte" heeft een of meer
„Bosschen".
In zijn geboortestad is geen spoor van Hieronymus
Bosch overgebleven, behalve dan hetgeen de reke
ningen der Illustre Lieve Vrouwe Broederschap ver
melden. Jeroen heeft zijn oogen goed den kost gegeven
en indrukken van alle woelingen van de tijden, waarin
hij leefde in zijn geprangd gemoed verwerkt en door
zijn wonderbaarlijke schilderkunst op zeer bijzondere
wijze tot uiting gebracht met een zoo bijzonder talent,
dat zijn roem over heel de wereld is verspreid. Bosch
brak met al hetgeen aan hem voorafging. Hij staat los
van iederen invloed of sfeer. Hij is steeds zichzelf en
anderen in zijn kunst zooveel eeuwen vooruit gebleven,
dat hij nooit is in te halen. Hij staat niet boven of naast
de Vlaamsche school of boven of naast de Noord-
21