dateert de „Raadskelder" en de pui waarvan Jan
Derkennis de bouwmeester was. Blijkens de stads
rekeningen van 1529'30 werd de benoodigde steen
gekocht „totten maken van der Keijzers ende die
wapenen van de schepenen voor 't raethuys". In
1532'33 schafte men de benoodigde natuursteen
aan „op rekeninghe van de Personagiën voor des
Heeren Huys staende", en in 't zelfde jaar, „van de vier
beelden ofte Personagiën staande voer 't voors-raet-
huys", een vrouwelijke en drie mannelijke personages,
waarvan er twee de keizerskroon en een de konings
kroon droegen. Dezen waren Karei V, Johanna,
Wenceslaus, Koning van Bohemen en Maximiliaan.
Het stadhuis werd later uitgebreid met de aan de
noord- en zuidzijde grenzende panden. Het noordelijke
pand droeg den naam van de „Gaffel" of stadsteer-
99
Stadhuis, 1720