vermeld. Zij bestond uit een kern van gezworen broe
ders, allen leeken, die de tonsuur droegen, strenge
vastendagen hielden en dagelijks het bidden der kleine
getijden volbrachten.
Gijsbertus van der Poorten legateerde in 1483 een
huis aan deze Broederschap, later bekend als de Lieve
Vrouwe Poort, thans in den volksmond het Zwanen-
broedershuis geheeten. Van 1535 dateerde de Frangois
I-gevel, die in 1846 door den huidigen werd vervangen.
Deze Broederschap, die een zeer groot aantal leden
ook buiten 's-Hertogenbosch telde, liet omstreeks 1492
ter Noordzijde van de St Janskerk een kapel, de z.g.
„Hooge Kapel" aanbouwen, waar zij hare Godsdienst
oefeningen hield, die werden opgeluisterd door ver
maarde van elders ontboden zangers.
De Antiphonaria, die de keur der boekerij der Broeder
schap vormen, leggen getuigenis van de muzikale
prestaties af. Jeroen Bosch zou de glasramen der kapel
ontworpen en het altaar van kostelijke schilderwerken
voorzien hebben.
Na de reductie der stad in 1629 bleef van de religieuze
instellingen alleen de Illustre Lieve Vrouwe Broeder
schap, waarvan Willem van Oranje lid was, in stand.
In 1642 werd de religieuze grondslag der Broederschap
gewijzigd in dien zin, dat op aandringen van den
stadsgouverneur Jan Wolfert van Brederode van de
36 Broeders de helft tot de Roomsch Katholieke en
de andere helft tot de gereformeerde religie zou be-
hooren, waardoor het godsdienstig element, de ver
eering der H. Moeder van God, kwam te vervallen
en haar werkkring beperkt bleef tot het beoefenen
der weldadigheid.
Thans bestaat de Broederschap uit 36 Broeders. De
oudste 8 vormen als Proosten het bestuur, van elke
13