62 HOOFDSTUK VI DE MOLEN ALS MONUMENT Het is wel nuttig te overdenken dat de windmolens zijn gebouwd niet om de schoonheid van het vlakke land te verhogen, doch enkel en alleen uit nuttigheids overwegingen. Hetzelfde is het geval, doch in mindere mate, met oude gebouwen. Ook daar in de eerste plaats de wens om een nuttige woon- of bedrijfsruimte te scheppen, en in de tweede plaats het aesthetisch ele ment, de schoonheid. In het waarderen van de bijzon dere schoonheid van die oude gebouwen ligt tevens de erkenning, dat de moderne bouwkunst in dit opzicht naar het oordeel van velen te kort schiet. En daar waar wèl sprake is van aesthetische voldoening bij het be schouwen van moderne gebouwen is die schoonheid van een totaal ander karakter dan de schoonheid van het oude. Bij de molens nu heeft men geen equivalent in de mo derne tijd, of het zouden de vaak afzichtelijke polder- gemaaltjes of -gemalen moeten zijn, de grootmaalde rijen, de grootindustrie aan de Zaan. Men zal toegeven dat er hier niets is dat de weegschaal van de aesthetiek aan de kant van deze tijd ook maar enigszins belast. Of met andere woorden: verdwijnt er een karakteristiek bouwsel als een molen, dan komt er uit aesthetisch oogpunt niets, maar dan ook niets voor in de plaats! Onderzoekingen hebben het bewijs geleverd dat ons land meer dan 8000 molens heeft gehad. Omstreeks 1900 waren daar nog 2000 van over; na de eerste we reldoorlog naar schatting nog 1800. De molens zijn het slachtoffer geworden van importbeperkingen der om ringende naties, van de Franse Tijd; van stoommachi ne, explosiemotor, electriciteitvan brand, bliksem inslag en van oorlogsgeweld. Het snelle verdwijnen van

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 75