87 voudig mulder werd geplaagd: Vakgroep Groothandel in Graan, idem in Zaaizaad en Pootgoed, idem in Kunstmeststoffen, idem in Hooi, Stroo en Ruwvoeders, Vakgroep Veevoerindustrie, Vakgroep Maalderij, Be drijfsgroep Haver en aanverwante bedrijven, Hoofdbe- drijfsschap voor akkerbouwproducten, Bedrijfsschap Veevoeder, idem Suiker, idem Granen, Zaden en Peul vruchten enz.! Ook deze „Ueberorganisation" bracht niet veel goeds. De opleiding der windmolenaars gaat veelal van vader op zoon. Wel wordt er aan het Station voor Maalderij en Bakkerij (de „Molenaarsschool") te Wageningen aandacht aan de windmolens besteed, doch het gaat aan dit Station hoofdzakelijk om de vorming van leidende krachten in het grootmaalbedrijf. Molenmakers en -bouwers stichtten in 1937 de „Neder- landsche Bond voor Molenbouwers". Een zeer belangrijk middel om de concurrentie met de mechanische bedrijven succesvol te voeren is de tech nische volmaking en modernisering van het oude maal- werktuig. We wezen er reeds op, dat in 1924 de ver eniging „De Hollandsche Molen" haar ideeënprijs- vraag uitschreef, en dat daaruit o.a. de Dekkerwiek naar voren kwam. Vóór die tijd echter was er reeds een uitvinding ge daan, welke de bruikbaarheid en de betrouwbaarheid van de molen verhoogde. Wij doelen op de „zelf- zwichting", welke vooral in de provincie Groningen populair werd: in Holland komen molens met zelf- zwichting zo goed als niet voor. Bij dit systeem is het tijdrovende zwichten door de molenaar vervallen. Op de hekken van de wieken zijn, loodrecht op de roede, om hun lengte-as beweegbare jaloezievormige plankjes aangebracht, die door hevige wind worden scheef ge drukt en aldus wind doorlaten. Bij vermindering van de windkracht keren de plankjes weer terug in hun oor spronkelijke positie, waarbij de windvang maximaal is.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 108