1688 en 1691 tot stand. In de loop van de XVIIIe
eeuw werd zij herhaaldelijk herbouwd. Haar barok-
gevel bestaat uit drie verdiepingen. Op de viering
van de tempel verheft zich een imposante koepel.
De XVIIIe eeuw, de periode der Franse bezet
tingen te Brugge, liet aan de inwoners weinig tijd
om voor grootse gebouwen zorg en geld te besteden.
Als de voornaamste uit die eeuw mag men voor
zeker de kerk van de kanunnikkessen van de
H. Augustinus, de zg. „Dames Anglaises" aanzien.
Gelijk die der Carmelieten is zij in Lod. XlV-stijl
gebouwd en ook op de viering rijst een koepel op.
3. Het einde van de Brugse
schilderschool
De Brugse schilderschool, die in de XVe eeuw de
roem van de stad over de wereld had mede uitge
dragen, stierf in de eeuwen welke we hier over-
schouwen met enkele laattijdige en stellig minder
geniale vertegenwoordigers uit.
In de XVIIe eeuw kwam zij algeheel in de schaduw
van de meesters in Antwerpen te staan. Aldus zege
vierde de Scheldestad toenmaals ook op 't kunst
gebied over hare Brugse mededingster. Jaak van
Oost, de Oude, Brugge's beroemdste schilder in de
XVIIe eeuw, vertoonde in zijn doeken aanvankelijk
invloed van Caravaggio, de Italiaanse kunstenaar,
die alsdan veel navolging vond in de Zuidelijke
Nederlanden. Naderhand gaf hij zich te kennen als
trouwe volgeling van de talentvolle Rubens en Van
Dijck. Sedert 1633 fungeerde hij als deken van het
schildersgild der Zwinstad, die tal van zijn
doeken heeft bewaard. Hiervan sommen wij op „Sint-
Godelieve" en „De apostelen St Pieter en St Jan de
Evangelist" in de Sint Salvatorskerk; „De roeping
68
