vangen. Vergezeld van zijn eerste gade, Joséphine de
Beauharnais en een talrijk gevolg, verbleef hij er
van 12 tot 14 Juli en ondervond de warmste genegen
heid van de bevolking. Na korte tijd verbeurde
Napoleon I echter deze sympathie, niet alleen door
dat hij het concordaat met de paus verbrak, maar
vooral wegens zijn talrijke moordende oorlogen, waar
voor ook haar zonen verplicht werden hun bloed en
leven veil te hebben. Op 23 September 1811 keerde
Napoleon, ditmaal als keizer, weer naar Brugge en
bezocht daarbij de streek van het Zwin om er zijn
verdedigingswerken tegen Engeland te organiseren.
Te dezer gelegenheid gaf hij opdracht tot het delven
van het Napoleon-kanaal, de huidige vaart Brugge—
Sluis, die hij door Spaanse gevangenen deed uit
graven. De algemene stemming te Brugge tegenover
hem was echter reeds geheel omgeslagen.
De nederlagen van de Franse keizer in 1814—1815
hadden de oprichting van het Koninkrijk der Neder
landen voor gevolg. De nu weergevonden vrede legde
de grondslag voor een bescheiden economische op
bloei van Brugge. Wellicht had hij zich mettertijd
krachtiger kunnen affirmeren. Edoch! Sedert 1828
groeide ook aldaar de bewuste weerstand van het
Zuiden tegen het Noorden. Twee jaar later kwam
hieruit de Belgische revolutie voort, bij wier afwik
keling Bruggelingen, als Constantin Rodenbach, de
Meulenaere en Paul Devaux, een lang niet beschei
den rol hebben gespeeld.
2. Bouwwerken uit de XVIIe en
XVIIle eeuwen
Wie zou niet begrijpen dat de Bruggelingen in
deze eeuwen van oorlogen en vreemde bezettingen,
met hun aanhoudende verarming en onrust, de bouw-
66