men commissarissen van haar bezit nemen. Zij eisten
onmiddellijk de schatkist op en toen de magistraat
verklaarde dat die ledig was dwong de Franse over
heerser de kloosters de nodige gelden bijeen te bren
gen. Het oud stadsmagistraat werd afgezet en moest
de plaats ruimen voor de „représentants du peuple".
Alles wat enigszins aan het oude regime herinnerde,
bv. de foltertuigen van de vroegereeuwse rechts
pleging en de beeltenissen van de voormalige vorsten
op het stadhuis, werden in het openbaar ter grote
markt verbrand. Wanneer echter de troepen van
Dumouriez in Maart 1793 tegen de Oostenrijkers een
beslissende nederlaag bij Neerwinden ondergingen,
zagen de Fransen zich genoodzaakt de Zwinstad te
ontruimen. Slechts tijdelijk nochtans! Immers, in
Juni 1794 kon de stad er niet buiten eens te meer
voor de Franse troepen te capituleren. Hierna drukte
twintig jaar onafgebroken een loodzware Franse
overheersing op Brugge. De katholieke godsdienst
werd er afgeschaft, de meeste geestelijke stichtingen
kregen het erg te verduren. Zelfs de kathedraal, de
aloude Sint Donatiaankerk, ging door vernieling ver
loren. De 28ste April 1799 werd zij publiek geveild
en tegen vier millioen frank toegeslagen. De 14de
October daaropvolgend begon men met haar totale
afbraak.
De Napoleontische tijd die daarna aanbrak, liet
enkele jaren van verpozing en verademing volgen
op deze periode van onrust en vernieling. Het con
cordaat tussen het Franse staatshoofd en de paus te
Rome, regelde de godsdienstige aangelegenheden. De
klokken uit de talrijke Brugse torens, mochten op
nieuw over de stad galmen; de Zondag werd als
dag des Heren terug in ere hersteld. Met veel luister
en geestdrift werd eerste consul Bonaparte dan ook
in 1803 door de Bruggelingen binnen hun stad ont-
65
Brugge 5