INLEIDING
Indien elke stad, door het wel en wee van haar
geschiedenis, een eigen stempel draagt, dan is dit
bij gene in de Nederlanden, Noord of Zuid, zo dui
delijk als bij Brugge.
Hierover hangt de atmosfeer van een onvergelijke
lijke bloei, die plots afbrak doch thans nog nazindert
in de talrijke geschiedkundige tekens, die binnen
hare muren het groots verleden der stede levendig
voor de geest roepen.
Vroegtijdig stelden verzwakking en verval een
einde aan haar weeldevertoon. Doch mettertijd werd
Brugge daarna omgeschapen tot een levend museum,
waar over de stille straten, dromerige reitjes en
stemmige pleinen de innemende wijding hangt van
eeuwen historie.
Over gans de wereld is Brugge bekend. Want
schilders zonder tal hebben de schoonheid van hoek
jes en pleintjes, van kerken en kastelen met hun
kanten gevels, vervagende in de zachte avond
schemering of gloriënd in de zonnepracht, op hun
doeken getoverd in bevallig kleurenspel. Dichters
hebben in talen velerlei, in vers en in proza, steeds
opnieuw het dartel spel van de Brugse beiaard laten
weergalmen, het bonkig beeld van belfort en halle
afgelijnd, het eigenaardig leven op 't begijnhof be
zongen, het gefluister van 't geheimvol zich uit
deinend Minnewater vertolkt. Zij hebben het gesuis
langs de reitjes, met de sierlijk drijvende zwanen en
de waaiende bomen, beluisterd en in zangerige woor
den weergegeven. Zij hebben de wondere verhalen
naverteld die ieders verbeelding kan horen voor-
7
