dat wij op onze dagen nog levendig, geestdriftig
bewonderen.
3. De Brugse schilderschool
Wat zette echter het tijdvak der Boergondische
hertogen voor de Zwinstad het meeste luister bij?
Buiten alle twijfel haar wereldberoemde schilder
school der XVe eeuw. Sedert een eeuw te voren reeds
kon Brugge bogen op een bloeiend Sint Lucasgild.
Zij oefende op talrijke kunstenaars uit de vreemde
een bijzondere aantrekkingskracht uit. Gedurende de
XVe eeuw werd de stad dank zij de buitengewone
figuur van Jan van Eyck het centrum van de be
faamde school der zg. Vlaamse primitieven. Onder
hen allen legden het grootste talent aan de dag
meester Jan van Eyck, Hans Memlinc en Gerard
David, die in hoofdzaak hunne werkzaamheden te
Brugge uitoefenden. Opvallend is dat geen van
hen een geboren Bruggeling was; zij kwamen van ver
naar deze stad aan rijkdom en weelde. Te Brugge
was het dat de meeste hunner opdrachten hen
bereikten en zij vonden hun inspiratie in het artis
tieke milieu aldaar.
Het genie van Jan van Eyck heeft zijn stempel
gedrukt op de schilderkunst der XVe eeuw in West-
Europa. Hij voerde een nieuwe techniek in en hielp
het realisme in de schilderkunst voor goed door
breken. Hij aanschouwde te Maaseik het levenslicht.
In 1425 bracht hij het tot hofschilder van hertog
Philips de Goede en resideerde daarom te Brugge tot
aan zijn dood in 1441. De geschiedenis der kunst
kent van hem 32 gewrochten. Hieronder is onge
twijfeld „De aanbidding van het Lam Gods" in de
Sint Baafs kathedraal te Gent het meest indruk
wekkende. Als portretschilder met werkelijkheids-
51