drukke warenhandel, doch openden er tevens be
langrijke filialen van hun grote financierskantoren.
Evenals voor de Oosterlingen verheugde Brugge zich
in de vestiging van nederzettingen van Italiaanse
kooplieden binnen zijn wallen. De Genuezen bezaten
er hun gemeenschappelijk huis sedert 1399 en het
tehuis der Venetiërs de Venetiaanse loge was
aangekocht van de Brugse familie Van der Beurze.
Op het plein daarvoor gelegen en tussen de huizen
van Genuezen en Florentijnen, kwam sedert de
XVe eeuw de oudste internationale stadsbeurs tot
stand, waar op bepaalde tijdstippen in de beurs-
tijd poorters van de stad en vreemdelingen van
allerhande nationaliteit elkaar ontmoetten om zaken
te doen. (Afbeelding 12)De Italianen brachten naar
Brugge voortbrengselen uit de wereld van de Mid
dellandse Zee men denke aan de aluin uit de
pauselijke staten behoudens waren, die zij zelf in
voerden uit het Nabije en Verre Oosten, zoals spece
rijen. Deze waren werden op de Brugse wereldmarkt
begeerde retourvrachten voor de Duitse hanzeaten.
De Noord-Italiaanse steden, Florentië, Lucca en ook
Siëna hebben, door de oprichting van verschillende
bijkantoren hunner banken in Italië, gedurende de
XlVe eeuw Brugge ook tot een zeer voornaam
financie-centrum verheven. Sedert het begin dier
eeuw openden er de Peruzzi en de Bardi uit Floren
tië, de Bellardi uit Lucca en de Buonsignori uit
Siëna hun bijhuizen. Dino Rapondi, de bekende
financier uit Lucca, speelde op het einde der XlVe
eeuw zowaar een voorname rol in het leven van
Brugge.
Eindelijk hielpen ook kooplieden uit het Iberisch
schiereiland met hun koopwaren de Brugse wereld
markt verrijken. Zij voerden lederwaren en metalen
in, alsook lichte wol, welke de wevers in de kleine
39
