70 Te Utrecht maakte de fabriek Ravesteyn witte steentjes. Te Maastricht ging men door met prima serviesgoed en maakte er de moderniteiten van closetpotten en hand wasbakken bij. Er ontstonden zelfs nieuwe industrieën. De Utrechtse Jaarbeurs gaf hen allen een kans, ter ver gelijk met buitenlandse waar en ze sloegen geen slecht figuur. Het werd een mode om tegelschilderingen te maken, in dezelfde zin als dat de mensen tot versiering van de wanden hunner woonkamer een „ets" kochten, zijnde staalgravuren gemaakt naar schilderijen van Mauve, Koekkoek, Israëls. De tegelschilderingen waren copieën in blauw naar dergelijke schilderijen. Daarvan zijn er vele gemaakt, die dan veelal in de houten lijst gevat werden. Men ziet ze zo hier en daar. Als techniek mogen ze knap zijn, als kunstvoortbrengsel niet. De vervanging van de vrij werkende ambachtsman door de onderneming, bracht iets nieuws. Wanneer de maat schappij of vennootschap 10 jaar bestond moest er iets zijn. Wat anders dan een tegeltableau in de vestibule of een inktpot in de vergaderzaal De oude zaken volgden dit voorbeeld en het personeel bood bij het 100-jarig bestaan de Heren een tegeltableau aan. Dat waren (en zijn) moeilijke opgaven voor de leve rancier, want er was de boodschap bij, wat er op moest staan. Dat was eerst een uitgebreide tekst, waarmede een pagina van een boek te vullen was en dan enige foto's van de huizen, waarin de firma vroeger gehuis vest was. Is het wonder dat deze tableaux tot monsterlijke dingen werden? De tekenaar aan de fabriek moest er iets van maken, maar enige foto's naast of boven elkaar, met verschillend oogpunt en een uitvoerige lettertekst erbij, kan niemand tot iets moois verwerken. Enkelen waren zo verstandig beperkte gegevens te ver strekken en de kunstenaar verder vrij te laten. Dan ont stond er iets beters. De techniek van deze tableaux is

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 71