Prins-Bisschop van Luik, in de kerk van Mechelen twaalf prebenden werden opgericht. Het is door die oprichting dat hij als de grondlegger van het latere Kathedrale Kapittel van de hoofdkerk wordt aange zien. Aan welke heilige evenwel deze parochiekerk, dus in de nieuwe, tweede, stadskern, was toegewijd, valt moeilijk te zeggen. Het was evenwel door deze kanunniken dat het gebeente van de heilige Rumol- dus van uit de door de Noormannen verwoeste abdij naar de parochiekerk werd overgebracht en later rond 1300 dus ruim vijfhonderd jaar na zijn dood werd de vergrote en omgebouwde kerk de heilige martelaar toegewijd. De opbouw van deze Sint-Romboutskerk, die in 1559, bij de oprichting van de nieuwe bisdommen, kathedrale en kort daarop metropolitane kerk werd, is begonnen in de 12de eeuw, maar is dan evenwel slechts bij een aanzet gebleven. Deze oudste frag menten van bouwwerk zijn nog in vroeg-gotiek. De eigenlijke bouw werd voor goed aangevat rond het jaar 1500, zodat de voltooide kerk kon worden inge wijd ten jare 1312. Bij de grote brand die Mechelen in 1342 zo zwaar teisterde, bleef ook die kerk niet gespaard. Al het houtwerk ervan brandde uit, zodat ook nog thans sporen van deze brand zichtbaar zijn gebleven boven de gewelven en de parementen van de muren. Ten gerieve van hen die van getallen en afmetingen houden geven we hier de volgende maten op: de lengte van de kerk bedraagt 93.70 m. Wordt evenwel de ingang onder de weidse toren hierbij gerekend dan is haar volledige lengte niet minder dan 116 m. Het middenschip is 28 m. hoog bij een breedte van 11.70 m. Rekening houdend van de twee zijbeuken bedraagt haar volledige breedte 25 meter. Aan te stippen valt dat slechts de noorderzijbeuk, zijkapellen 51

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 53