ondergang van het voortaan „donkere" Zuiden in.
Historische gebeurtenissen die specifiek Mechelen
aanbelangen vallen dan verder niet meer te ver
melden. De stad is een louter onderdeel geworden
in het grote schaakbord van de algemene interna
tionale politieke en militaire bedrijvigheid. Ze be
leefde passief en onopgemerkt de gebeurtenissen
mede van de onophoudelijke oorlogen die in de
17de en 18de eeuwen ook ons grondgebied teisterden
en zij onderging dan ook de zware militaire lasten
die op onze gewesten drukten met hun nasleep van
economisch verval.
Onder de regering van Maria Theresia trad er wat
rust in en kwamen onze gewesten wat op adem, tot
dat ze wederom in beroering werden gebracht onder
Jozef II, door de maatregelen van de „Keizer Koster"
en dan verder door de Brabantse Omwenteling, de
Franse Revolutie, de inval van de Republikeinse
legers in België, de Napoleontische oorlogen en,
na de val van de „tiran", door de aansluiting bij
Holland. Spoedig volgde evenwel daarop de Omwen
teling van 1830, en dan later, in 1914 en 1940, de
invallen der Duitse legers in België.
Bij al die gebeurtenissen, hoe belangrijk dan ook
voor de algemene geschiedenis, valt er evenwel niets
speciaals Mechels te vermelden. De Dijlestad onder
ging dit alles lijdelijk en tamelijk onverschillig. Ze
scheen als in een doodsslaap gedompeld met het
demoraliserend bewustzijn dat zij aan dit alles toch
niets verhelpen kon.
23