Deze stad waar de landvoogdes haar verblijf en schit terende hofhouding hield, en waar de Grote Raad was gevestigd, was in feite 's lands hoofdstad gewor den zowel op administratief-politiek als op juridisch gebied en haar faam schitterde veruit boven deze van al de andere steden zowel in Noord als Zuid. Het was een glorie die echter spoedig taande toen, na de dood van Margareta, haar opvolgster Maria van Hongarije de zetel van het landsbestuur kort daarop naar Brussel overbracht. Voor dit verlies echter werd Mechelen gedeeltelijk vergoed door de oprichting, in 1599, van de nieuwe bisdommen, toen ze met een zetel werd bedeeld die spoedig, niet alleen tot de aartsbisschoppelijke suprematie zou verheven worden, maar uitverkoren werd tot het primaatschap over geheel de Neder landen. Maar buiten eer en glorie zou Mechelen ook, en vrij spoedig, ellende en verwoesting kennen. Op 30 Sep tember 1572 werd ze door de troepen van Alva dagenlang aan een gruwelijke plundering prijs gegeven. Op hun beurt maakten de Staatsen er zich, op 6 Februari 1578, van meester en gaven het bevel al de buiten de wallen gelegen gebouwen, ook ker ken en kloosters, plat te branden en met de grond gelijk te maken opdat ze niet zouden kunnen ge bruikt worden tot schansen en steunpunten voor de Spanjaarden. Door de Calvinisten bezet van 1580 tot 1585, maakte Farnèse er zich meester van en vestigde er voor goed het Spaans gezag. Toen, na zó lange als bloedige strijd tegen Spanje, de Noordelijke Pro vinciën hun dapperheid zagen bekronen en hun vrijheid bevestigen door het erkennen, in het „Vrede- jaer" 1648, door het Westfaals traktaat, van de onaf hankelijke souvereine Nederlandse Staat, trad daar tegenover voor goed de economische en culturele 22

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 20