bedrijf zijn te vermelden: Jan van den Eynde, die de
koorafsluiting in de Sint Jacobskerk te Utrecht ver
vaardigde; en diens vader Gillis van den Eynde, de
maker van de doopvont in de Sinte Walburgiskerk
te Zutphen. De koperen afsluiting in de Sint Bavo-
kerk te Haarlem is het werk van Jan Fierens en de
doopvont van de Grote Kerk te Breda, dit van
Joost de Backer. Bevreemdend is het dat de beste
kunstproducten van de Mechelse geelgieterij in
Noord-Nederland zijn te vinden. Daaruit blijkt ten
overvloede dat de vermaardheid van dit Mechels
kunstambacht aldaar zeer sterk was doorgedrongen.
Als klokgieters vallen te vermelden: het beroemde
geslacht van de Waghevens, later dat van de Van
den Gheyn's, afkomstig uit Goirle in Noord-Bra
bant, dat der Zeelstman's, zonder tal van andere zeer
voorname gieters te vermelden.
Als centrum van kanongieterijwas Mechelen zeer
vermaard. De meest bekende van haar gieters was
Hans Nuerwerk alias Poppenruyter, afkomstig uit
Neurenberg. Deze werd opgevolgd door Remi de
Hallut, en later door de leden van de familie Van
den Nieuwenhuyzen, afkomstig uit Hilvarenbeek in
Noord-Brabant.
Van de belangrijkheid van Poppenruyter's gieterij,
getuigde, na een aldaar gebracht bezoek, ten jare
1521, de beroemde Albrecht Dürer: „ich bin in
Popenreuthers Haus gewest, des Püchsengieszers, und
hab wunderliche Dingen bei him funden".
Het gouden leder: zeer gezocht als wandbekleding,
in de 16de en 17de eeuwen, was eveneens een zeer
bloeiende locale nijverheid, evenzo goed als de fabri
cage van de Mechelse kant of spellewerk, om haar
fijnheid gelijkend aan een spinneweb, daarom in 't
Frans geheten „1'araingue de Malines". Eertijds werd
deze kant door duizenden volksvrouwen te huis ver-
98