huis te midden van weilanden, boomgaarden en bosschen, en het kost den bezoeker eenige moeite, zich te realiseeren hoe de vroegere situatie ter plaatse moet zijn geweest. De prachtlievende Van Velthuysen werd begra ven in de kerk te Houten. Hij kreeg er een marme ren praalgraf van hoogst middelmatige kwaliteit, vervaardigd door den Utrechtschen beeldhouwer Jan van der Mast. Daarnaast ziet men een klein wit marmeren grafteeken voor Esaye Gillot, waarop diens wapen en dat van zijn vrouw. Ofschoon Zuylestein, Amerongen, Zeist, Hou- dringen en Heemstede alle voortbrengselen waren van dezelfde geestesstrooming, den internationalen barok, verschilden zij onderling sterk, zooals wij hierboven zagen. Elk afzonderlijk waren deze buitenplaatsen prachtig en belangrijk, maar zij vormden alleenstaande verschijningen die geen werkelijke school maakten. Daarvoor waren zij te groot en te kostbaar, daarvoor behoorden zij tenslotte ook te weinig thuis in het Nederlandsche landschap met zijn altijd betrekkelijk bescheiden verhoudingen. Hoe goed blijkt uit dit eenling- blijven dat de barok, ondanks vele, soms zeer ge slaagde uitingen, in den grond van de zaak toch niet in Nederland thuisbehoordeIn het buiten land duurde de beweging van barok en absolu tisme na het einde der 17de eeuw nog ruim een halve eeuw voort. Voor onze Republiek beteeken- de dat een noodlot. Eerst, onder den stadhouder koning, laveerde men er met wisselend succes tusschen de polen van met de groote mode mee te willen doen en het, wegens allerlei inwendige om standigheden, niet goed te kunnen. Later, in de 18de eeuw, berustte men min of meer in de on gunstige conjunctuur waardoor de Nederlandsche cultuur in vele opzichten tot stilstand was ge- 87

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 95