op Zuylestein, dat de vorst, die voor de jacht in
het Utrechtsche verbleef, de delegatie van Oel-
dersche heeren te woord stond, die hem op 28
Januari 1675 6e hertogelijke waardigheid over
hun gewest kwamen aanbieden. Frederik van
Nassau-Zuylestein leefde toen niet meer; hij was
gesneuveld in 1672 bij Grevenbrug ten oosten van
Woerden. Zijn zoon Willem erfde zijn bezittingen.
Ook in diens tijd is het interieur van Zuylestein
nog herhaaldelijk verfraaid en gemoderniseerd.
De deursloten en de schoorsteenboezem van het
vertrek waar de stadhouder-koning logeerde wer
den prachtig versierd en van diens wapen en mo
nogram voorzien. Later trok Willem met den
prins mee naar Engeland, waar hij in 1689 ge
naturaliseerd werd en benoemd tot Engelsch
officier en Master of the Robes of the King.
Zuylestein stond voortaan dikwijls leeg, maar het
bleef onderhouden. Veranderingen onderging het
nauwelijks meer. Zoo bleef het bestaan, gaaf ge
spaard als een eenvoudig doch kostelijk monument
van Hollandsche renaissancekunst, totdat in het
voorjaar van 1945 een, helaas nog misplaatst,
bombardement het huis tot een onherstelbare ruïne
verminkte.
Tenslotte moeten wij nog onze aandacht wijden
aan de fraaie tuinen die het kasteel omringden.
Het terrein daarvan was, volgens Oud-Hollandsche
gewoonte, verdeeld in vierkante vakken, die om
zoomd werden door kogelvormig geschoren boom
pjes. In het eerste kwart lag het slot, het tweede
bevatte een siertuin met kunstig geknipte boomen
om een cirkelvormig middenstuk, het derde was
moestuin met verschillende rijen naast elkaar ge
legen rechthoekige groentebedden en in het vierde
vak waren broderies van gras en bloemen in rijke
decoratieve krul-patronen gegroepeerd om een
achthoekig middenveldje. Aan den noord- en den
63