dat daar vroeger bijgebouwen hebben gestaan;
direct tegen den toren sloten zij waarschijnlijk
echter niet aan. Aan den zuid-west kant wordt de
toegang tot den burcht beschermd door een hoog
poortgebouw uit 1642, waarin het wapen van
jhr Roelof Grauwert van Weerdestein is aange
bracht. Tegenwoordig liggen de restanten van het
kasteel uiterst schilderachtig doch eenzaam, tame
lijk ver van den openbaren weg af, in een dicht bosch
van loofhout en dennen. Overal schieten bloemen
op en de rust van de talrijke vogels wordt zelden
door voorbijgangers gestoord. Het geheel is één groot
stuk romantiek, op en top een sprookjesbosch.
Eenigszins anders was de situatie bij Hinderstein
(afb. 5), een kasteel dat waarschijnlijk gesticht
werd door een jongeren zoon uit het geslacht van
Wulven, ridder Willem Suermont. Het wordt in de
geschiedenis voor het eerst genoemd in 1315 en is
vermoedelijk kort daarvóór gebouwd. Den oud
sten vorm ervan kennen wij niet, maar een ano
nieme teekening uit het begin van de 18de eeuw
laat een korte vierkante donjon van den bekenden
vorm zien. Daartegen sluit een flinke vroeg-17de
eeuwsche woonvleugel aan. Binnen de slotgracht
was voldoende ruimte voor dezen aanbouw;
blijkbaar verrees zij dus op de plaats waar eerder
een ander gebouw had gestaan dat wegens ouder
dom of bouwvalligheid was gesloopt. In denzelfden
tijd dat dit woongedeelte werd vernieuwd is ook
de toren gemoderniseerd en vergroot. Zij werd
voorzien van eenige flinke beglaasde kruiskozijnen
met onderluikjes. Een houten brug leidde van de
voordeur, die in het midden van den korten kant
van de woonvleugel was gelegen, naar den voor
burcht, waar verschillende stallen en dienstwo
ningen waren gebouwd, in aansluiting bij een
eenvoudige inrijpoort.
20