tend, richtte inmiddels de aandacht weer op het handwerk der kunstnijverheid en op de plaatsen waar dit nog beoefend werd, op het toen nog niet door de machine veroverde platteland. Deze twee gelijktijdige bewegingen, de nieuwe trek naar buiten en de belangstelling voor de plattelandskunst, hebben tezamen het moderne landhuis zooals wij dat tegenwoordig kennen, doen ontstaan. Onverwachte en ingrijpende verande ringen onderging de architectuur door dezen im puls. Het werd een werkelijke verrijking. Een nieuwe romantiek van het buiten-zijn in cottage achtige maar toch heel gerieflijke woningen kwam op, het eerst in Engeland, kort daarna ook in Ne derland. Hier volgde het landhuis al spoedig een eigen ontwikkelingsgang. Een bepaald centrum waar de leiding van uitging, is in ons land niet aan te wijzen. Het Gooi, Wassenaar en de Veluwe-zoom hebben er alle een belangrijk aandeel in gehad. Zeker echter lag het middelpunt niet in zuid-oost Utrecht, hoezeer deze streek ook bij forensen en renteniers in trek was. Sommige villa's zijn er on tegenzeggelijk aardig uitgevallen en het meren deel is wellicht beter van stijl dan de 19de eeuwsche huizen, maar het gros werd helaas hoogst middel matig, zoowel van buiten als van binnen. Reden tot verrukking geeft het gezamenlijk beeld dat al deze landhuizen opleveren daarom allerminst. Integendeel, zij vermoeien door hun onrustbarend groot aantal, door hun eindelooze herhaling van baksteen-met-riet of met roode pannedaken, en vooral door de ellendige verbrokkeling van de gansche streek, ook al zijn de villa's zonder uit zondering gelegen in zeer verzorgde tuinen, die meestal naar den modernen Engelschen trant zijn aangelegd met miniatuur-vijvertjes, dito gazons, paden van flag-stones, vroolijke bonte borders en veel prachtige roode rozen. 175

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 191