vingen den voormaligen middeleeuwschen voor
burcht en poort; zij werden in denzelfden stijl als
het huis opgetrokken. De slotgracht die bij de ver
anderingen gespaard bleef, deed Sandenburg nog
een zweem van het aspect van een middeleeuw
schen waterburcht behouden. Evenals bij Bever-
weerd werden de muren saai grijs gepleisterd, doch
ditmaal geheel zonder noodzaak. Wilde men aldus
het aanzien van den grijzen natuursteen van som
mige middeleeuwschen kasteelen in het buitenland
benaderen? In later tijd is het huis gewit, wat aan
merkelijk vroolijker staat. Bewonderen kunnen wij
thans een architectuur als die van Sandenburg
allerminst meer. Het huis is groot zonder grootsch
te zijn; de verhoudingen van het geheel, noch de
uitwerking van de bouwkundige détails kunnen ons
doen warm loopen voor een dergelijk gezocht
stijlcompromis. Alleen de schoone omgeving waar
in Sandenburg geheel past doet het ons toch nog
weer in genade aannemen; doch daarover in het
volgende hoofdstuk.
In dezelfde jaren is het oude kasteel Sterkenburg
(afb. 20 en 21) gemoderniseerd. Op 4 Januari 1848
was het slot door koop eigendom geworden van mr
Jan Frederik Cornelis Kneppelhout uit Leiden.
Het bestond in die dagen uit een in 1767 in den
toenmaals heerschenden trant opgetrokken regel
matig woonhuis en een hoogen, zwaren ronden
toren, die uit de 13de eeuw stamde. Vol enthou
siasme voor het nieuwe, levende gevoel voor de
geschiedenis en den pas-opgekomen historisee-
renden bouwstijl oordeelde de dertigjarige eige
naar, dat het 18de eeuwsche bouwwerk niet bij den
middeleeuwschen toren en de oude traditie van de
ridderhofstad paste. Tot den laatsten steen werd
het dus nog in hetzelfde jaar afgebroken en ver
vangen door een groot, half regelmatig, half on
regelmatig gebouw dat in wezen al evenmin
133