HOOFDSTUK II MIDDELEEUWSCHE KASTEELEN In het vergeet-hoekje geraken is voor een land streek niet altijd ongunstig. De historicus kan zich soms zelfs oprecht verheugen over vergeten-ge- raakte gebieden. Want oude dingen en oude ge bruiken, die elders door talrijke veranderingen van het drukke, steeds moderniseeringen eischende leven teniet gingen, bleven daar dikwijls behou den, waar de polsslag van het dagelijksch bestaan minder intens klopte. Zoo ook in het land ten zuid-oosten van Utrecht. Toen de groote Rijnstroom tot het onaanzienlijke Kromme Rijntje degradeerde verdwenen de koop lieden en de vrachtschippers uit deze streek, maar wie er bleven, dat waren de Frankische baronnen en boeren, de grondbezitters en de horigen, die met den grond waarop zij woonden economisch en sociaal verbonden waren. Onmogelijk konden zij vertrekken en een dwingende noodzaak om weg te gaan bestond er voor hen niet. Met of zonder handelsverkeer, de bodem bleef jaarlijks haar vruchten opbrengen, een bestaan aan de grond bezitters en -arbeiders opleverend. Zoo goed en zoo kwaad als het ging zetten zij dus het leven voort zooals hun voorouders het reeds onder de Merovingers en de Karolingers hadden gedaan. Zonder er zich van bewust te zijn werden zij door hun koppig volhouden van de oude levenswijze een voor den hedendaagschen historicus kostbare scha kel tusschen het verleden, de cultuur dnr vroege, 12

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 10